Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Toestelbeschrijving; Warmtepompregeling; Warmtepomptypes - Viessmann Vitotronic 200 WO1C Bedieningshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Vitotronic 200 WO1C:
Inhoudsopgave

Advertenties

Toestelbeschrijving

Warmtepompregeling

De warmtepompregeling Vitotronic 200, type WO1C
regelt alle functies van uw verwarmingsinstallatie met
warmtepomp en woningventilatie.

Warmtepomptypes

Lucht/water-warmtepompen
Lucht/water-warmtepompen gebruiken de energie uit
de omgevingslucht voor de warmteproductie. Hiervoor
zuigt een ventilator de omgevingslucht door een warm-
tewisselaar (verdamper). In de verdamper wordt de
warmte-energie van deze omgevingslucht in het koel-
circuit overgebracht. Daar wordt voor de vereiste tem-
peraturen voor de kamerverwarming en tapwaterver-
warming gezorgd. Als aandrijving voor het koelcircuit
dient de compressor.
Voor de kamerkoeling loopt het koelcircuit met
omkeerwerking. Aan uw kamers wordt warmte onttrok-
ken en via de verdamper aan de omgevingslucht afge-
geven.
Opmerking
Lucht/water-warmtepompen kunnen tweetraps zijn.
Tweetraps-lucht/water-warmtepompen hebben 2 com-
pressoren, die afhankelijk van het opgevraagde ver-
mogen afzonderlijk of gelijktijdig ingeschakeld worden.
Lucht/water-warmtepompen zijn in volgende behui-
zings-/opstelvarianten verkrijgbaar:
Warmtepomp voor binnenopstelling
Alle componenten van de warmtepomp inclusief van
de warmtepompregeling bevinden zich in een behui-
zing binnen het gebouw. Via een luchtkanaalsysteem
komt de buitenlucht in de warmtepomp en opnieuw
in de open lucht terecht.
Warmtepomp voor buitenopstelling
Met uitzondering van de warmtepompregeling bevin-
den alle componenten zich in een behuizing die bui-
ten het gebouw opgesteld is. De warmtepomprege-
ling is binnen het gebouw aangebracht. De warmte-
pomp is hydraulisch met een verwarmingsinstallatie
van het gebouw verbonden.
Lucht/water-warmtepompen met gescheiden bin-
nen-/buitenunit
De buitenunit is buiten het gebouw opgesteld of van
buiten aan het gebouw gemonteerd. In de buitenunit
wordt de warmte uit de omgevingslucht gewonnen.
Afhankelijk van het type warmtepomp is de warmte-
pompregeling op een andere plaats gemonteerd: Zie
pagina 16.
Aan de voorzijde van de warmtepomp
Aan de bovenzijde van de warmtepomp
In een aparte behuizing aan een muur
De binnenunit inclusief de warmtepompregeling is in
het gebouw opgesteld/gemonteerd en brengt de
warmte over in de verwarmingsinstallatie.
Binnenunit en buitenunit zijn hydraulisch en elektrisch
met elkaar verbonden.
Brine/water-warmtepompen
Brine/water-warmtepompen gebruiken de aardwarmte
voor de warmteproductie. De aardwarmte wordt via
een warmtedragermedium (brine) in het koelcircuit
overgedragen. Daar wordt voor de vereiste temperatu-
ren voor de kamerverwarming en tapwaterverwarming
gezorgd. Ook hier dient een compressor als aandrij-
ving voor het koelcircuit.
Voor de kamerkoeling voert de warmtepomp warmte
uit uw kamers in de bodem af.
Brine/water-warmtepompen zijn binnen het gebouw
geplaatst.
Opmerking
Brine/water-warmtepompen kunnen tweetraps zijn.
Tweetrapse brijn/waterwarmtepompen hebben 2 com-
pressoren, die afhankelijk van het gevraagde stookver-
mogen afzonderlijk of gelijktijdig worden ingeschakeld.
Naargelang het type bevinden zich de beide compres-
soren in een behuizing of in 2 naast elkaar staande
aparte behuizingen. Beide compressoren worden door
één warmtepompregeling geregeld.
Water/water-warmtepompen
Water/water-warmtepompen gebruiken bijv. grondwa-
ter voor de warmteopwekking, volgens hetzelfde prin-
cipe als brine/water-warmtepompen. De energie uit het
grondwater komt via een warmtedragermedium in het
koelcircuit terecht.
Met extra componenten kan een brine/water-warmte-
pomp als water/water-warmtepomp gebruikt worden.
Water/water-warmtepompen zijn binnen het gebouw
geplaatst.
Eerst informeren
9

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave