Voer de naam van de tank in. Er kunnen tot negen tekens ingevoerd worden in het naamveld. Raadpleeg Sectie 3 - Tekst
en cijfers invoeren. Als het invoeren van de naam van de tank is voltooid, druk dan op de knop Menu om door te gaan naar
de volgende stap.
Voer de inhoud van de tank in. Gebruik hetzelfde proces dat in de vorige stap werd gebruikt om de invoer te voltooien. Als
het invoeren van de inhoud van de tank is voltooid, druk dan op de knop Menu om door te gaan naar de volgende stap.
VesselView biedt de operator the mogelijkheid om de volumewaarde van de te bewaken tanks om te draaien. Deze optie is
beschikbaar voor bepaalde tankzenders, die gegevens verzenden in tegenstelling tot traditionele standaardzenders.
Standaardtankpeilzenders lezen een weerstand van 32-240 ohm. Een lezing van 240 ohm geeft een lege tank aan en een
lezing van 33 ohm een volle tank. Omgedraaide tankzenders lezen standaard 0-180 ohm, waarbij 0 ohm voor een volle
tank staat en een lezing van 180 ohm een lege tank weergeeft.
Tankkalibratie uitvoeren: Er zijn veel situaties waarbij een tank kalibratie nodig heeft: vreemd gevormde tanks, tanks met
een V-bodem, tanks met getrapte zijde en zelfs een tankaspect, indien het vaartuig in het water ligt. Drijvers en zenders
kunnen onnauwkeurige gegevens naar de operator storen, waardoor er problemen met de brandstof- en andere
volumeweergave ontstaan. De meest nauwkeurige manier om tankkalibratie te bereiken, is om te beginnen met een lege
tank met een bekende inhoud. Pomp een kwart van de inhoud en registreer de positie van de drijver of de zender. Herhaal
deze procedure in stappen van een kwart, registreer elke keer de drijver- of zenderpositie, totdat de tank vol is. Met de
tankkalibratie kan de operator de uitlezingen van vol tot en met leeg van de tank afstellen.
90-8M0143432
DECEMBER 2017
nld
Hoofdstuk 2 - Startschermen en instelwizard
65343
65345
65347
Bladzijde 13