b)
De producten dienen te worden gemerkt en geregistreerd.
6.4.10
Transport
1.
Voorkom overmatige schokken en trillingen tijdens het vervoer en ga
voorzichtig te werk;
2.
Het product mag tijdens het vervoer niet samen met gevaarlijke goederen
worden getransporteerd.
3.
Vermijd blootstelling aan zon, regen of sneeuw tijdens het vervoer.
7
Opslag, onderhoud en vervoer
7.1
Opslag
7.1.1
Deze apparatuur moet worden opgeslagen in een ruimte met een
relatieve luchtvochtigheid van 10% ~ 93%, een atmosferische druk van 70 kPa
tot 106 kPa en een temperatuur van -20 °C ~ +55 °C.
7.1.2
Vermijd opslag in een te warme omgeving. Hoge temperaturen
verkorten de levensduur van elektronische componenten, beschadigen batterijen,
vervormen of smelten sommige kunststoffen.
7.1.3
Vermijd opslag in een te koude omgeving. Anders zal er, wanneer de
temperatuur van de apparatuur tot een normaal niveau stijgt, dauw ontstaan die
de printplaat mogelijk zal beschadigen.
7.2
Onderhoud
7.2.1
Dit apparaat bevat geen accessoires voor reparatiedoeleinden, de
reparatie moet worden uitgevoerd door een bevoegd persoon of een erkend
servicecentrum.
7.2.2
Bewaar de apparatuur in een droge opslagruimte.
7.2.3
De apparatuur niet gooien, slaan of schudden.
7.2.4
Smeer de apparatuur niet in met pigmenten.
7.2.5
Kalibratie wordt aanbevolen bij gebruik van een nieuw/ander hoekstuk
of na langdurig gebruik, aangezien de werkingseigenschappen kunnen
veranderen door gebruik, reiniging en sterilisatie.
7.2.6
Vervang de batterij als deze sneller leeg lijkt te raken dan zou moeten.
7.3
Transport
7.3.1
Overmatig schokken en schudden tijdens het vervoer moet worden
voorkomen. Leg het product voorzichtig en lichtjes neer en draai het niet om.
7.3.2
Voeg het product niet samen met gevaarlijke goederen tijdens het
vervoer.
7.3.3
Vermijd overmatige zon en nat worden in regen en sneeuw tijdens het
vervoer.
39