De onderstaande grafiek bevat een praktijkvoorbeeld van de opstartvolgorde van de compressoren in de bedrijfsmodus
Koelen.
De instellingen thermostaatregeling zijn toegankelijk via menu [9]:
Menu Parameter
09
00
(Start Up DT)
01
(Shut Down DT)
02
(Stage Up DT)
03
(Stage Down DT)
04
(Stage Up Delay)
05
(Stage Down Delay)
06
(Evaporator Freeze)
07
(Condenser Freeze)
08
(Low Pressure
Unload)
09
(Thermo Control)
Het pad in de Web HMI interface is "Hoofdmenu → Weergave/Instelling systeem → Thermostatische regeling".
D-EOMHP01501-22_01NL 14/33
Grafiek 1 – Opstartvolgorde compressoren - Modus Koelen
Bereik
Beschrijving
0-10
Temperatuurverschil ten opzichte van het actieve setpoint
voor de start van het systeem (start van eerste
compressor)
0-MIN(5, 60.5-LwtSp)
Temperatuurverschil ten opzichte van het actieve setpoint
voor de stop van het systeem (uitschakeling laatste
compressor)
0-5
Temperatuurverschil ten opzichte van het actieve setpoint
voor de start van een tweede compressor
0-MIN(5, 60-LwtSp)
Temperatuurverschil ten opzichte van het actieve setpoint
van een tweede compressor
1÷60 [min]
Minimale tijd tussen de inschakeling van de verschillende
compressoren
0÷30 [min]
Minimale tijd tussen de uitschakeling van de verschillende
compressoren
als apparaatmodus = 1 of
Definieert de minimale watertemperatuur voordat het
3]
alarm van het systeem voor bevriezing van de verdamper
-18 ÷ 6 [°C]
wordt geactiveerd
als apparaatmodus = 0 of
2]
+2 ÷ 6 [°C]
als apparaatmodus = 1 of
Definieert de minimale watertemperatuur voordat het
3]
alarm van het systeem voor bevriezing van de condensor
-18 ÷ 6 [°C]
wordt geactiveerd
als apparaatmodus = 0 of
2]
+2 ÷ 6 [°C]
als apparaatmodus = 1 of
Minimumdruk voordat de compressor begint met
3]
ontlasten om de verdampingsdruk te verhogen
150÷800 [kPa]
als apparaatmodus = 0 of
2]
600÷800 [kPa]
0: LWT
Thermostatic Source Control
1: EWT
R/W
Psw
W
1
W
1
W
1
W
1
W
1
W
1
W
2
W
2
W
2
W
2