De instellingen die u nu achtereen-
volgens moet bevestigen (en eventu-
eel wijzigen), worden verderop toe-
gelicht.
Geef uw keuze aan met een kruisje in
de blokjes
of noteer de instelling
8
op de met een lijntje _____ aangege-
ven plaats.
Contrast
Betreft het display, in stappen instel-
baar.
Stand _____ (1 tot 10)
Lichtsterkte
Betreft het display, in stappen instel-
baar.
Stand _____ (1 tot 10)
Eerste ingebruikneming
Muntautomaat
De instelling voor de muntautomaat.
Geen muntautomaat
8
De overige instellingen (zie onderaan
Extra instellingen "Muntautomaat")
worden overgeslagen.
Programmagestuurd
8
De automaat werkt met een muntau-
tomaat (programmagestuurd).
Tijdgestuurd
8
De automaat werkt met een muntau-
tomaat (tijdgestuurd).
RS 232
8
Bij gebruik van de muntautomaat is
de seriële interface RS 232 actief.
IK6
8
Bij gebruik van de muntautomaat is
de seriële interface RS 232 voor IK6
actief.
Extra instellingen "Muntautomaat"
– Vergrendel. muntaut.
Hoe lang kunnen wijzigingen worden
uitgevoerd, zonder dat de klant geld
verliest.
Uit
8
Meteen na de start
8
_____ minuut/minuten na de start
8
(zie volgende bladzijde)
7