^ Kies en bevestig met de programma-
schakelaar achtereenvolgens de let-
ters of tekens voor de programma-
naam.
U kunt maximaal 7 tekens invoeren.
– abc/ABC
Met deze functie kunt u wisselen tus-
sen kleine letters en hoofdletters
(keuzetoets D).
– Wissen
Met deze functie wist u het laatst in-
gevoerde teken (keuzetoets E).
– Volgende
Met deze functie beëindigt u de
tekstinvoer (keuzetoets F) en
springt u naar de individuele samen-
stelling van het programma (zie hier-
onder).
– Terug
Met deze functie gaat u terug naar
het hogere niveau (keuzetoets G).
2. Individuele
programma-samenstelling
U definieert de
programma-eigenschappen door de
basisinstellingen te wijzigen.
Noteer de namen van uw speciale pro-
gramma's en de betreffende instel-
lingen in dit boekje in de tabel "Specia-
le programma's" in het hoofdstuk "Pro-
gramma-overzicht".
Menu "Instellingen / Exploitatieniveau"
Restvochtprogramma
Eindrestvocht
– Een waarde tussen - 6 % (droog) en
40 % (vochtig).
Nadroogtijd
– Een waarde tussen 0 en 60 minuten.
Temperatuur (proceslucht)
– Een waarde tussen "koud" en 60°C.
Trommel-draairichting
– Een waarde tussen 0 en 500 secon-
den.
Trommel-reverseren
– Een waarde tussen 0 en 500 secon-
den.
Tijdprogramma
Duur
– In stappen van een minuut tot 120
minuten (de stappen kunnen ver-
schillen).
Temperatuur (proceslucht)
– Een waarde tussen "koud" en 60°C.
Trommel-draairichting
– Een waarde tussen 0 en 500 secon-
den.
Trommel-reverseren
– Een waarde tussen 0 en 500 secon-
den.
35