Stap 9: Probeer een afdruktaak vanaf de computer te verzenden
1.
Probeer de afdruktaak uit te voeren vanaf een andere computer waarop de apparaatsoftware is
geïnstalleerd.
2.
Controleer de verbinding van de USB- of netwerkkabel. Leid het product om naar de juiste poort of
installeer de software opnieuw, waarbij u de nieuwe aansluitmethode selecteert.
3.
Als de afdrukkwaliteit onacceptabel is, controleer dan of de afdrukinstellingen correct zijn voor het
afdrukmateriaal dat u gebruikt.
Stap 10: Controleer of het product is verbonden met het netwerk.
Open voor netwerkproducten een webbrowser, typ het IP-adres van het product (op de eerder afgedrukte
configuratiepagina) in het adresveld en druk op de Enter-toets om de geïntegreerde webserver van HP te
openen. Als de HP geïntegreerde webserver niet wordt geopend, installeer het product dan opnieuw op het
netwerk.
154 Hoofdstuk 8 Problemen oplossen
NLWW