: Stand voor de invoer van losse vellen – de papiergeleider gebruiken.
: Stand voor de invoer via de tractor – de tractor gebruiken.
De papierdiktehendel aanpassen
U kunt de beste afdrukkwaliteit verkrijgen door de papierdiktehendel aan te passen volgens de
dikte van het papier dat u gebruikt.
Hoe hoger de instelling voor de papierdiktehendel, hoe groter de ruimte tussen de plaat en de
printkop. Als een afdruk vaag is of als er tekens ontbreken of zijn overgeslagen, hebt u de
papierdiktehendel te hoog ingesteld. Als u de papierdiktehendel echter te laag instelt, kan dat
leiden tot vlekkerige afdrukken, wordt het papier wellicht niet juist doorgevoerd of kan het lint
beschadigen.
De onderstaande tabel biedt richtlijnen voor het selecteren van de juiste stand van de
papierdiktehendel en de bijbehorende papiersoorten. Zie ook "Papier" op pagina 119 voor de
papierspecificaties die worden ondersteund door deze printer.
Normaal papier
Papiersoort
Losse vellen
Kettingpapier
Ondersteunde papierdikte
(mm)
Stand van de papierdiktehendel
-1
0
1
0,06
0,06
0,12
tot
tot
tot
0,10
0,12
0,19
LQ-690II/LQ-690IIN
2
3
4
0,19
0,26
0,32
tot
tot
tot
0,26
0,32
0,36
Gebruikershandleiding
5
6
7
0,36
0,40
0,44
tot
tot
tot
0,40
0,44
0,49
Papierverwerking
32