Richtlijnen voor afdrukmateriaal
●
Gebruik voor de beste resultaten papier van goede kwaliteit dat vrij is van sneden, inkepingen,
scheuren, vlekken, losse deeltjes, stof, kreukels, nietjes en gekrulde of omgebogen randen.
●
Gebruik glad papier voor afdrukken van de beste kwaliteit. Over het algemeen geldt: hoe gladder
het afdrukmateriaal, hoe beter de resultaten.
●
Als u niet zeker weet welke soort papier u gebruikt (zoals bankpost- of kringlooppapier), leest u
het etiket op de verpakking.
●
Gebruik geen afdrukmateriaal dat alleen voor inkjetprinters is ontworpen. Gebruik materiaal dat is
ontworpen voor laserprinters.
●
Gebruik geen briefhoofdpapier dat is bedrukt met inkt van lage temperatuur, zoals de inkt die wordt
gebruikt voor sommige soorten thermografie.
●
Gebruik geen briefhoofdpapier met reliëfdruk.
●
De toner wordt met behulp van hitte en druk op het papier aangebracht. Controleer of gekleurd
papier of voorbedrukte formulieren gebruikmaken van inkt die geschikt is voor deze
fusertemperatuur (200°C gedurende 0,1 seconde).
VOORZICHTIG:
product te voorkomen.
Problemen met het afdrukmateriaal oplossen
De volgende problemen met afdrukmateriaal veroorzaken afwijkingen van de afdrukkwaliteit,
papierstoringen of zelfs beschadiging van het product.
Probleem
Slechte afdrukkwaliteit of
toner hecht niet goed
Weggevallen gedeelten,
vastlopen of krullen
Sterk krullend papier
Papierstoring, schade aan
product
238 Hoofdstuk 12 Probleemoplossing
Houd u aan de genoemde richtlijnen om papierstoringen of beschadiging van het
Oorzaak
Het papier is te vochtig, te ruw, te zwaar, te
glad of reliëfpapier of uit een slechte partij
papier.
Het papier is niet op de juiste wijze geplaatst.
De zijden van het papier wijken ten opzichte
van elkaar af.
Het papier is te vochtig, heeft de verkeerde
vezelrichting of een korte vezelconstructie.
De zijden van het papier wijken ten opzichte
van elkaar af.
Door de hoge fusertemperatuur krult het
papier.
Het papier heeft uitsparingen of perforaties.
Oplossing
Probeer een andere papiersoort, tussen 100
en 250 Sheffield, met een vochtgehalte van 4
tot 6%.
Het papier plat bewaren in het vochtwerende
verpakkingsmateriaal.
Het papier omkeren.
Open de achterste uitvoerbak of gebruik papier
met lange vezels.
Het papier omkeren.
Schakel de instelling Minder omkrullen in.
Druk op het bedieningspaneel op Setup,
selecteer
Service
met de pijlknoppen en druk
vervolgens op OK. Selecteer
omkrullen
met de pijlknoppen, druk op OK,
selecteer
Aan
met de pijlknoppen en druk
vervolgens op OK.
Papier zonder uitsparingen of perforaties
gebruiken.
Minder
NLWW