Bedienen van de oven
Oven in- en uitschakelen
Ovenfuncties
1. Zet de schakelaar voor de ovenfunctie op de gewenste functie.
2. Zet de temperatuurkiezer van de oven op de gewenste temperatuur.
Het temperatuurcontrolelampje is aan zolang de oven opwarmt.
3. Om de oven uit te schakelen moet u de schakelaars voor de ovenfunctie
en de temperatuurkeuze beide in de UIT stand zetten.
3
Koelventilator
Zodra de oven in gebruik wordt genomen wordt de ventilator automa-
tisch ingeschakeld om de oppervlakken van het apparaat koel te hou-
den. Nadat de oven is uitgeschakeld blijft de ventilator nog verder
lopen om het apparaat af te koelen en wordt dan automatisch uitge-
schakeld.
Temperatuurcontrolelampje
Temperatuurkeuze
11