Storingen oplossen (vervolg)
Symptoom
Slechte acceleratie.
Motor stopt abrupt.
Motor is moeilijk uit te schakelen.
Ketting draait bij stationair.
Overmatig trillen.
18
OVERIGE PROBLEMEN
Mogelijke oorzaak
Verstopt luchtfilter.
Verstopt brandstoffilter.
Kettingrem geactiveerd.
Arm lucht/brandstofmengsel.
Stationair toerental te laag ingesteld.
Schakelaar uitgeschakeld.
Brandstoftank leeg.
Verstopt brandstoffilter.
Water in de brandstof.
Kortsluiting in bougie of losse bedrading.
Storing in ontsteking.
Zuiger loopt vast.
Snoer voor aarde (stop) zit los of schakelaar is defect.
Oververhitting door onjuiste bougie.
Motor oververhit.
Te hoog stationair toerental van de motor.
Defecte koppelingsveer of versleten naaf van
koppelingsveer.
Wiel, ketting of blad kromgetrokken of beschadigd.
Krukas verbogen.
Oplossing
Reinig of vervang het luchtfilter.
Vervang het brandstoffilter.
Controleer en/of test de rem. Raadpleeg een erkende
servicedealer.
Raadpleeg een erkende servicedealer.
Afstellen: 3000 omw/min.
De schakelaar terugzetten en opnieuw starten.
Vul brandstof bij. Zie pagina 8.
Brandstoffilter vervangen.
Aftappen; vervangen door schone brandstof. Zie pagina 8.
Reinig de bougie of vervang deze door een NGK
BPMR7A. Maak de bedrading vast.
Vervang de ontsteking.
Raadpleeg een erkende servicedealer.
Testen en zo nodig vervangen.
Vervang de bougie door een NGK BPMR7A.
Laat de motor stationair draaien totdat deze is afgekoeld.
Stationair toerental afstellen: 3000 omw/min.
Vervang veer/schoenen zo nodig. Controleer het
stationair toerental.
Controleer en vervang kettingonderdelen indien nodig.
Raadpleeg een erkende servicedealer.