Voorpaneel
1
PHONES-aansluitingen (pagina 92)
1.
Sluit een hoofdtelefoon aan op een van de aansluitingen (1/4" stereostekker of 3,5 mm
stereoministekker). Als u beide aansluitingen tegelijk gebruikt, kan dat de geluidskwaliteit
of het volume verlagen.
Achterpaneel
2
1.
-knop
Zet het toestel aan of zet het in de stand-bystand.
MASTER 1-aansluitingen (gebalanceerde XLR)
2.
Aansluitingen naar analoge ingangsaansluitingen op een eindversterker en luidsprekers
met voeding, enz.
• Gebruik deze aansluitingen alleen voor gebalanceerde uitvoer. Als deze
aansluitingen met een XLR-RCA-conversiekabel (conversieadapter) enz. op
ongebalanceerde ingangen (RCA, enz.) worden aangesloten, leidt dit tot ongewenste
ruis en/of een slechte geluidskwaliteit.
• Sluit niet het stroomsnoer van een ander product op deze aansluitingen aan.
• Verbind deze niet met een aansluiting die fantoomvoeding kan geven.
• Gebruik de [MASTER 2]-aansluitingen voor ongebalanceerde invoer (RCA, enz.).
3
4
5
6
7
8
Namen van onderdelen
7
8 9 10 11
12
21
1
13