De focusmodi gebruiken
Met focusmodi wijzigt u de brandpuntsafstand (het focus)
van de camera, zodat het mogelijk wordt foto's te maken
van voorwerpen die ver weg of dichtbij zijn.
Als u de focusmodus wilt wijzigen, verschuift u de schakelaar
voor de focusmodus aan de voorkant van de camera.
In de volgende tabel worden de diverse instellingen
voor de focusmodus van de camera beschreven.
Instelling
Beschrijving
Normaal Gebruik de modus Normaal wanneer u foto's maakt
van voorwerpen op een afstand van meer dan
1 meter.
Macro
Gebruik de modus Macro wanneer u close-ups wilt
maken van onderwerpen die zich op een afstand van
minder dan 1 m (39 inch) bevinden. In deze modus
stelt de camera zich scherp op een afstand van 60 cm
tot 1 m (24 tot 39 inch). Het macro-pictogram wordt
weergegeven op het LCD-scherm.
De zelfontspannerinstellingen
gebruiken
1. Bevestig de camera op een statief of plaats de camera
op een stabiele ondergrond.
2. Druk op de knop Zelfontspanner
Zelfontspanner
3. Kader het onderwerp in (zie pagina 23).
4. Welke stappen u vervolgens moet nemen, is afhankelijk
van wat u wilt doen: foto's maken of een videoclip
opnemen.
30
HP Photosmart E327 Gebruikershandleiding
op het LCD-scherm.
. Er verschijnt