4.10
Cv- en tapwatercircuit
4.10.1 Algemeen
Indien geen diffusiedichte kunststof leidingen voor
aanvoer en retour toegepast worden voor radiatoren
of vloerverwarming, dient er een scheiding tussen
het cv-water van de ketel en die van de installatie
aangebracht te worden, bijvoorbeeld door middel van
een platenwisselaar. Dit voorkomt vervuiling van de ketel
warmtewisselaar. Bij niet toepassen van een dergelijke
scheiding vervalt de Itho garantie op alle keteldelen die
tekeningpag15:Opmaak 1
zich in de aanvoer en retour van het toestel bevinden.
1 = vuilvanger sifon
2 = cv-aanvoer
3 = warm sanitair
4 = gas
5 = koud sanitair
Figuur 5 - Aansluitingen leidingen cv-ketel.
4.10.2 Cv-circuit
De aansluitingen van de aanvoer en retour zijn gebaseerd
op het aansluiten van de installatie met behulp van
knelfittingen. De aansluitingen van aanvoer en retour
bevinden zich aan de onderzijde van het toestel.
Uit service-overwegingen is het aan te bevelen om
afsluiters te plaatsen. Het toestel bezit een aftapkraan
aan de onderzijde van het toestel, zodat het op een
eenvoudige manier afgetapt kan worden.
Het toestel is niet voorzien van een overstortventiel
3 bar. Deze dient in de aanvoerleiding van de installatie
opgenomen worden op een plaats in directe nabijheid
van het toestel.
Het toestel is niet voorzien van een interne bypass
zodat er bij het toepassen van thermostatische kranen
in de installatie een kortsluitleiding aangebracht dient
te worden. Bij voorkeur moet er een automatische
drukverschil/overstortventiel 3/4" op 5 à 6 meter van
de ketel worden gemonteerd.
6-11-09
11:06
Pagina 1
6 = cv-retour
7 = aftapkraan
8 = manometer
9 = kabeldoorvoer 3x
10 = sifon afvoer
Om vervuiling van de warmtewisselaar van de cv-ketel
te voorkomen, dient voor de eerste ingebruikname de
installatie grondig gespoeld te worden met schoon
leidingwater.
4.10.3 Expansievat aansluiten
Er dient een expansievat gekozen te worden met
een inhoud die gerelateerd is aan de inhoud van de
cv-installatie en statische druk. Plaats het expansievat in
de retour.
4.10.4 Tapwatercircuit
In de koudwaterleiding van het toestel is een
doorstroombegrenzer aangebracht waarmee een
begrenzing ingesteld dient te worden behorende bij de
warmwaterklasse van het toestel (zie tabel 3). In de
HR42 CW6 bevind zich geen doorstroom begrenzer.
Sluit de leidingen volgens de geldende voorschriften
aan. Pas een zogenaamde 'inlaatcombinatie' toe in de
koudwatertoevoer leiding waarbij de overstortleiding
gecombineerd kan worden met de condensafvoerleiding
van de ketel.
Warm tapwater
van cv-ketel
Warm tapwater
mengtemperatuur
Mengautomaat HR42 CW6.
LET oP:
Bij de HR42 CW6 dient de bijgesloten meng-
automaat volgens bijgaande afbeelding te worden
gemonteerd. De mengautomaat is vanuit de fabriek
ingesteld op 60 °C om warm water te kunnen tappen
volgens CW klasse 6 specificaties en mag daarom
ook niet worden versteld.
15
Koud water
naar cv-ketel
Koud water van
drinkwaternet
|
kli-max 2
I T H o