Scannen met TWAIN/WIA
Dit gedeelte behandelt het scannen van een origineel met TWAIN/WIA.
De procedure voor het scannen met het TWAIN-stuurprogramma geldt als voorbeeld. Het WIA-stuurprogramma wordt op
dezelfde manier gebruikt.
1
Plaats de originelen. Raadpleeg Originelen plaatsen op pagina 3-12 voor meer informatie.
2
Activeer de TWAIN-compatibele applicatie.
3
Selecteer het apparaat dat de toepassing gebruikt en geef dialoogvenster TWAIN weer.
Opmerking Raadpleeg voor het selecteren van het apparaat de
Gebruikershandleiding of de Help-functie van de betreffende softwaretoepassing.
4
Selecteer in dialoogvenster TWAIN de scaninstellingen.
1
2
3
11
De instellingen die in scherm TWAIN verschijnen, zijn de volgende.
Nr.
Item
1
Formaat
origineel
2
Scankleuren
3
Resolutie
4 6
5 7
15
12
Beschrijving
Selecteer het formaat van de originelen die gescand worden.
Waarde: Letter, Statement, Executive, A4, A5, A6, B5 (JIS), B5 (ISO), 16K, Aangepast,
A5-R (A5 (Liggend))
Opmerking Raadpleeg Configuratie op pagina 3-53 voor het selecteren van Aangepast.
Selecteer de instelling voor kleurenmodus.
Waarde: Monochroom, Grijsschaal, Kleuren
Selecteer de fijnheid van de scanresolutie.
Waarde: 200 × 200 dpi, 300 × 300 dpi, 400 × 400 dpi, 600 × 600 dpi
8
9
10
14
13
6-4
Scannen