De kilometerteller blijft slechts enkele seconden weergegeven, waarna de
console het opstartscherm weergeeft, ook wel de inactieve modus
genoemd. Het berichtenvenster toont door het opstartbericht. U kunt nu
beginnen met het gebruik van de 7.0 S.
De console wordt automatisch uitgeschakeld na 20 minuten niet gebruikt
te zijn. Druk op een willekeurige toets om de console weer te activeren.
Koppel altijd de hoofdvoeding los wanneer de 7.0 S niet in gebruik is.
Werking van de console
Instellingstoets (Set-up)
Met de Instellings-toetsfunctie kunt u stoel- en armaanpassingen instellen
voor verschillende lichaamslengtes van patiënten en de instellingen van de
7.0 S aanpassen. Wanneer de Set-up-toets wordt ingedrukt, verschijnt de
eerste optie in het menu. Gebruik de Plus/Mintoetsen om door het menu te
bladeren en druk op de Enter-toets om een optie te selecteren.
Instellingenmenu
Positie (instelling van stoel- en armpositie)
De gebruiker kan zijn lengte invoeren in inches (of centimeters als de
eenheid is ingesteld op metrische maten) en de software berekent de
positie voor de stoel en de armen. Deze functie is bedoeld om te helpen bij
het installeren van de patiënt, maar is mogelijk niet de definitieve
instelling omdat de lichaamssymmetrie van de patiënt enigszins kan
variëren.
Track- of stapgrafiek
De gesegmenteerde track rond het profielweergavegebied kan worden
ingesteld om te worden weergegeven als een track of een
voetpositie-indicator. Druk tijdens een programma op de symmetrietoets
om de weergave te schakelen.
Snel start
Dit is de snelste manier om een trainingssessie te starten. Nadat de console
is opgestart, drukt u op de Starttoets om te beginnen; hierdoor wordt de
snelstartmodus in werking gesteld. Bij snelle start (de tijd telt vanaf nul)
beginnen alle trainingsgegevens op te lopen en kan de werklast handmatig
worden aangepast door op de Plus- of Mintoets te drukken. De dotmatrix
geeft een werkbelastingsniveau met de laagste weerstand weer. Naarmate
u de werklast verhoogt, lichten meer rijen op, wat een moeilijkere training
aangeeft. De eenheid wordt moeilijker om te trappen wanneer de rijen
toenemen.
18