SCANNERDISPLAY EN VOORPANEEL
Functievenster — geeft 1-9 weer. Deze nummers
komen overeen met een gedefinieerde functie of
toepassing. Ook worden in dit venster foutcodes
weergegeven. Raadpleeg de gebruikershandleiding
voor meer informatie.
Pijlknop — hiermee kunt u door vooraf gedefinieerde
scanfuncties of -toepassingen lopen en deze selecteren.
Startknop — hiermee start u de functie die in het
Functievenster is geselecteerd. Deze is toegewezen in de
Kodak Launch Software.
Indicatielampje — gaat branden of knipperen om de
scannerstatus aan te geven.
Is groen en brandt: scanner is gereed om te scannen.
•
Is groen en knippert: scannerlampen worden
•
opgewarmd. De scanner wordt voorbereid.
Is rood en knippert: geeft een fout aan, bijvoorbeeld
•
dat de scannerklep openstaat, tegelijkertijd verschijnt
in het Functievenster een "E" met een bijbehorende
foutcode.
Foutcode
Beschrijving
0
USB-kabel niet aangesloten of pc staat niet aan
1-5, 7 en 8 Bel de serviceafdeling
6
De scannerklep staat open
9
Vastzittend document
NETSCHAKELAAR EN AANSLUITINGEN
Netschakelaar
Aansluiting voor
netvoeding
Netschakelaar — voor het in- en uitschakelen van
de scanner.
Aansluiting voor netvoeding — voor het aansluiten van
het stroomsnoer op de scanner.
USB-poort — voor het aansluiten van de scanner op de pc.
OPMERKING: u krijgt betere prestaties wanneer u de
scanner aansluit op een USB 2.0 PC-poort.
REINIGING EN ONDERHOUD
Raadpleeg de sectie Onderhoud in de gebruikers-
handleiding voor gedetailleerde reinigings-
en vervangingsprocedures.
DE SCANNERKLEP OPENEN
Functievenster
1.
Zet de scanner uit.
2.
Druk op de vrijmaakknop om de klep te ontgrendelen.
Pijlknop
3.
Trek de klep omhoog om deze te openen.
Startknop
Indicatielampje
4.
Sluit de klep wanneer u klaar bent met het reinigen of
vervangen van de interne onderdelen.
5.
Zet de scanner aan.
DE INVOERMODULE REINIGEN
Wij raden u aan om voor het reinigen van de invoermodule
en rollen Kodak Digital Science Roller Cleaning Pads
te gebruiken.
1. Open de klep van de scanner.
2. Druk de plastic klemmen van de invoermodule in en
haal de invoermodule uit de scanner.
3. Veeg de invoermodule van boven naar onder schoon.
USB-poort
4. Controleer de invoermodule. Wanneer na het reinigen
het papier nog steeds dubbel wordt ingevoerd, is de
invoermodule versleten. U moet in dit geval de
invoermodule vervangen.
5. Plaats de invoermodule door deze in de sleuven uit te
lijnen en naar binnen te duwen tot beide klemmen op
hun plaats klikken.
6. Sluit de klep van de scanner.
DE ROLLEN REINIGEN
Voor een optimale werking moeten de transportrollen
en imaginggeleider regelmatig worden gereinigd.
Voor sommige papiersoorten en werkomgevingen
moet de scanner vaker worden gereinigd dan in de
gebruikershandleiding is aangegeven. Wanneer de
papierinvoer en beeldkwaliteit onvoldoende is,
volgt u deze stappen op.
1. Zet de scanner uit.
2. Open de klep van de scanner.
3. Veeg de invoerrol met een rolreinigingsdoekje schoon.
Draai hierbij aan de invoerrollen, zodat deze in hun
geheel worden schoongemaakt.
BELANGRIJK: Het rolreinigingsdoekje (Roller Cleaning
Pad) bevat sodium laurylethersulfaat, wat
irritatie van de ogen kan veroorzaken.
Raadpleeg de gebruikershandleiding voor
informatie over het verkrijgen van een
MSDS-document (document over
materiaalveiligheid).
4. Maak de rollen droog met een pluisvrije doek.
DE INVOERMODULE VERVANGEN
1.
Open de klep van de scanner.
2.
Druk de plastic klemmen van de invoermodule in en
haal de invoermodule uit de scanner.
3. Plaats de nieuwe invoermodule door deze in de sleuven
uit te lijnen en naar binnen te duwen tot beide klemmen
op hun plaats klikken.
4. Sluit de klep van de scanner.