Bedieningshandleiding
Inspecties
Grondbediening
1
Kies een gebied uit dat stevig, horizontaal en
vrij van gevaren is.
2
Draai het contactslot naar grondbediening.
3
Trek de rode noodstopknop uit naar de stand
'aan'.
Resultaat: De flitslamp (indien aanwezig) dient
te knipperen.
Noodstop testen
4
Druk de rode noodstopknop in naar de stand
'uit'.
Resultaat: Geen enkele functie mag in werking
treden.
5
Trek de rode noodstopknop uit naar de stand
'aan'.
Machinefuncties en daalalarm testen
6
Houd de functieschakelaar niet
naar een van beide zijden vast.
Probeer elke arm- en
platformfunctietuimelschakelaar
te activeren.
Resultaat: Geen enkele arm- of platformfunctie
mag in werking treden.
7
Houd de functieschakelaar naar een van beide
zijden en activeer elke arm- en
platformfunctietuimelschakelaar.
Resultaat: Alle arm- en platformfuncties
dienen een volledige cyclus te doorlopen. Het
daalalarm dient te klinken terwijl de arm wordt
neergelaten.
30
Scheefstandschakelaar testen
8
Draai het contactslot naar
platformbediening. Trek de
rode noodstopknop op de
platformbediening uit naar
de stand 'aan'.
9
Open de
draaitafelafdekking aan de
zijde tegenover de
grondbediening en
lokaliseer de
scheefstandschakelaar.
10 Druk een kant van de scheefstandschakelaar
omlaag.
Resultaat: Het alarm op het platform dient te
klinken.
Hulpsysteem voor neerlaten platform
testen
11 Draai het contactslot naar grondbediening.
12 Trek de rode noodstopknop uit naar de stand
'aan'.
13 Houd de hulpvoedingsschakelaar
ingeschakeld en activeer
tegelijkertijd elke
armfunctietuimelschakelaar.
Opmerking: Test elke functie gedurende een
gedeeltelijke cyclus om accu's te sparen.
Resultaat: Alle armfuncties dienen in werking
te treden.
-40N • Z
®
®
Z
-40N RJ
Derde uitgave • Eerste druk
Onderdeelnr. 1307434DUGT