Netwerkinstallatie: Unix
Netwerkinstallatie: Unix
HP-UX Client (versie 10.x)
Voor HP-UX-werkstation zijn specifieke installatiestappen nodig om communicatie met het apparaat
op te zetten. Het apparaat is een Unix-printer in BSD-stijl, terwijl HP-UX een Unix-systeem in V-stijl is.
BELANGRIJK: Alle Unix-opdrachten zijn hoofdlettergevoelig. De opdrachten moeten dan ook precies
worden ingevoerd, zoals ze zijn vermeld.
Informatiechecklist
Voordat u begint, moet u zorgen dat de volgende items beschikbaar zijn en/of de volgende taken zijn
uitgevoerd:
•
Bestaande operationele netwerk maakt gebruik van het TCP/IP-protocol.
•
Controleer of het apparaat is aangesloten op het netwerk.
•
Statisch IP-adres voor het apparaat.
•
Subnetmaskeradres voor het apparaat.
•
Gateway-adres voor het apparaat.
•
Hostnaam voor het apparaat.
Procedure
1.
Volg de stappen in
deze pagina terug.
De client configureren
2.
Voeg de Hostnaam van het apparaat toe aan het etc/host-bestand op het HP-UX-werkstation.
3.
Controleer of u het apparaat vanaf het HP-UX-werkstation kunt pingen.
4.
Gebruik de GUI-methode of de tty-methode, zoals hieronder vermeld.
GUI-methode
1.
Open een opdrachtvenster vanaf het bureaublad.
2.
Voer su in voor toegang tot de modus voor supergebruikers.
3.
Voer sam in om de System Administrator Manager (SAM) te starten.
4.
Selecteer het pictogram Printers en plotters.
5.
Selecteer lp spooler.
6.
Selecteer Printers en plotters.
7.
Selecteer Acties: Externe printer/plotter toevoegen.
®
42
Xerox
WorkCentre
Handleiding voor de gebruiker
Statische IPv4-addressering configureren op het
®
3215/3225
apparaat, en keer dan naar