Pixel Mapping – Controleren van de beeldbewerkingsfuncties
Met de functie Pixel Mapping kan de camera het beeldopneemelement en de
beeldbewerkingfuncties controleren en bijstellen. Als u de monitor heeft gebruikt of
continu foto's gemaakt heeft, wacht dan minstens één minuut voordat u de functie pixel
mapping gebruikt om er zeker van te zijn dat de functie correct werkt.
1
Selecteer [Pixel Mapping] op het tabblad b van het c custom-menu
(Blz. 78).
2
Druk op I en druk vervolgens op Q.
• Tijdens het controleren van de beeldbewerkingfuncties geeft de [Busy]-balk in het
monitorbeeld de voortgang weer. Als het controleren van de beeldbewerkingsfuncties
afgesloten is, verschijnt het menu weer.
#
Let op
• Als u tijdens het controleren van de beeldbewerkingsfuncties de camera uitschakelt,
begint u opnieuw vanaf stap 1.
6
NL
103