12 Garen met lage temperaturen
Ga r e n me t l a ge t e mpe r a t u r e n
Bereiden bij lage temperaturen is de ideale bereidings-
methode om alle delicate stukken vlees rosé of à point
te bereiden. Het vlees blijft heel sappig en wordt boter-
zacht. Omdat de tijden bij het bereiden bij lage tempe-
ratuur wezenlijk langer zijn, heeft u veel speelruimte bij
de menu-planning. Op een lage temperatuur bereid
vlees laat zich probleemloos warmhouden.
Houd de insteladviezen aan.
→ "Insteladvies voor garen bij lage temperaturen",
Pagina 10
12.1 Tips voor het garen met lage
temperaturen
Hier vindt u tips voor een goed resultaat voor het garen
bij lage temperaturen.
¡ Gebruik alleen vers vlees. Verwijder zorgvuldig de
pezen en vetranden. Vet ontwikkelt bij het langzaam
garen een sterke eigen smaak.
¡ Ook grotere stukken vlees hoeft u niet te keren.
¡ U kunt het vlees na het langzaam garen direct in
stukken snijden. Het hoeft niet te rusten.
¡ Door de speciale bereidingsmethode ziet het vlees
er van binnen altijd rosé uit. Het vlees is echter in
geen geval rauw of niet gaar genoeg.
¡ Het op een lage temperatuur gegaarde vlees is niet
zo heet als vlees dat op de gebruikelijke manier is
gebraden. Serveer de sauzen zeer heet. Doe de
borden gedurende de laatste 20-30 minuten ook in
de warmhoudlade.
¡ Wanneer u op een lage temperatuur gegaard vlees
warm wilt houden, kies dan 60°C. Kleine stukken
vlees kunt u tot 45 minuten en grote stukken vlees
maximaal 2 uur worden warmhouden.
12.2 Garen met lage temperaturen starten
1.
Gebruik uitsluitend geschikt serviesgoed van glas,
porselein of keramiek met deksel, bijvoorbeeld een
glazen ovenschotel.
13 Andere toepassingen
An de r e t o e pa s s i n ge n
Uw apparaat biedt nog meer nuttige toepassingen.
14 Ontdooien
On t d o o i e n
Met uw apparaat kunt u diepvriesproducten zacht en
gelijkmatiger dan in de magnetron ontdooien.
Houd de insteladviezen aan.
→ "Insteladviezen voor het ontdooien", Pagina 12
Garen met lage temperaturen nl
2.
Wanneer er voor de vorm geen deksel beschikbaar
is, gebruik dan hittebestendige vershoudfolie voor
het afdekken van de vorm.
3.
Plaats de vorm op de bodem in de warmhoudlade.
4.
Druk op
om de vorm voor te verwarmen.
5.
Sluit de warmhoudlade.
a De functie-indicatie knippert terwijl het apparaat
voorverwarmt.
a De functie-indicatie brandt, het apparaat verwarmt
en de ventilator draait.
6.
Verhit een beetje vet sterk in een pan.
7.
Schroei het vlees heet dicht.
8.
Plaats het vlees in de voorverwarmde vorm.
9.
Doe het deksel op de vorm of gebruik hittebestendi-
ge vershoudfolie voor het afdekken.
10.
Plaats de vorm met het vlees in de warmhoudlade.
11.
Druk op
.
a De voorgestelde temperatuur is met kleur verlicht.
a De beschikbare temperaturen gaan branden.
12.
Kies indien nodig een andere temperatuur.
13.
Sluit de warmhoudlade.
a De functie-indicatie knippert terwijl het apparaat
voorverwarmt.
a De functie-indicatie brandt, het apparaat verwarmt
en de ventilator draait.
12.3 Garen met lage temperaturen
beëindigen
WAARSCHUWING ‒ Kans op brandwonden!
De accessoires of vormen worden tijdens gebruik zeer
heet.
▶
Haal hete accessoires of vormen altijd met behulp
van ovenwanten uit het apparaat.
1.
Open de warmhoudlade.
2.
Schakel het apparaat uit.
3.
Verwijder het servies.
Houd de insteladviezen aan.
→ "Insteladvies voor andere toepassingen", Pagina 11
14.1 Etenswaar ontdooien
WAARSCHUWING ‒ Kans op gevaar voor de
gezondheid!
Bij het ontdooien van dierlijke levensmiddelen is over-
dracht van kiemen mogelijk.
▶
Verwijder bij het ontdooien van dierlijke levensmid-
delen het ontdooivocht.
▶
Zorg ervoor dat de ontdooivloeistof nooit in contact
komt met andere levensmiddelen.
1.
Haal de etenswaar vóór het ontdooien uit de verpak-
king.
9