10
10.1 Het gebruik van de TEST toets
Met de TEST toets zet u uw systeem in de looptest modus, hetgeen ervoor zorgt
dat u iedere beveiligde zone functioneel kunt controleren op een juiste werking.
1.
2.
3.
4.
Let op:
5.
Als het systeem in
de teststand staat
zullen geen alarm-
doormeldingen
worden verstuurd
naar de meld-
6.
kamer.
7.
8.
9.
Testen van het systeem (wekelijks uitvoeren)
Schakel uw systeem uit en sluit alle beveiligde deuren, ramen, etc. Het groene
"Gereed lampje" zal gaan branden en "Gereed voor IN.." zal verschijnen in het
display.
Voer uw gebruikercode in en druk vervolgens op de TEST [5] toets.
De sirene zal gedurende 3 seconden klinken en gaat hierna weer uit. Als de
sirene niet klinkt, is mogelijk de kiezer van de centrale momenteel actief. Wacht
enkele minuten en probeer het nog eens. Wanneer de sirene dan nog niet
klinkt, bel dan onmiddelijk de servicedienst van uw installateur.
Het bediendeel zal iedere 15 seconden een piepje geven ter indicatie dat uw
systeem in de teststand staat. Iedere keer wanneer een beveiligde zone wordt
aangesproken (geopend), zal het bediendeel drie piepjes geven. Wanneer u
geen piepjes hoort, bel dan onmiddelijk de servicedienst van uw installateur.
Open en sluit vervolgens een voor een iedere beveiligde deur en/of raam en
luister nauwgezet of u de drie piepjes hoort. De identificatie van iedere bevei-
ligde zone die is gedetecteerd, en dus functioneel werkzaam is zal verschijnen
in het display van uw bediendeel.
Loop door de beveiligde ruimtes heen waar bewegingdetectors zijn aange-
bracht (indien van toepassing) en luister nauwgezet of u drie piepjes hoort
wanneer een beweging wordt gedetecteerd. Ook hier ziet u de functionerende
detectors verschijnen in het display van uw bediendeel. Wanneer u problemen
ondervindt met een beveiligde zone (geen piepjes, niets in het display), bel dan
onmiddelijk de servicedienst van uw installateur.
Volg de instructies van de fabricant om alle rookdetectors te testen om uzelf
ervan te vergewissen dat zij allen correct functioneren. De omschrijving (of
zonenummer waaraan de detector is toegewezen) dient te verschijnen in het
display bij het aanspreken van de detector.
Als alle beveiligde zones zijn gecontroleerd worden er geen zone identificatie-
nummers meer in het display weergegeven. Wanneer u problemen ondervindt
met een beveiligde zone (geen piepjes, niets in het display), bel dan onmiddelijk
de servicedienst van uw installateur.
Verlaat de teststand door middel van het invoeren van uw gebruikercode, ge-
volgd door het indrukken van de UIT [1] toets.
45