TKS
3.2 Installeren van de stroomrail
Fig. 18
Fig. 19
Stroomrail
De rails kunnen worden gebruikt als geleiders voor alle soorten baanconstructies, inclusief
gebogen banen.
De rail wordt geleid naar de geleiderail (A) die bevestigd is aan een hoekijzer (B) en wordt
vervolgens met klemmen aan de bovenkant van het I-profi el of direct aan het plafond bevestigd.
Se Fig. 19
Alle stroomrail-eenheden moeten worden bevestigd met de gele lijn aan dezelfde kant, omdat
anders de extra afstandstrip niet past. De extra afstandstrip voorkomt dat u de stroomafnemer de
verkeerde kant op draait.
• Maximaal 2000 mm afstand tussen twee ophangpunten.
• Minimaal 500 mm afstand tussen geleiderail en verbinding.
• Altijd vaste ophanging vanaf stroomaansluitingspunt (eind-/middenaansluiting)
• Alle andere ophangingen moeten geleiderails zijn. De reden is dat de stroomrail vrij moet kunnen
uitzetten.
PVC-rail
• De rail heeft 7 banen voor het leggen van
2, 3, 4, 5, 6 of 7 koperen geleiders.
• Het temperatuurbereik voor de rail:
-30 C
tot + 60 C
o
• De rail is gemaakt van vuurbestendig
kunststof.
Zie Fig. 18
Max. 2000mm
B
A
36
Bedieningshandleiding
o
Min. 500mm