[FAVORIETEN]
U kunt het volgende doen als er een markering toegevoegd is aan opnamen en deze
ingesteld zijn als favorieten.
–
Alleen de beelden die ingesteld zijn als favorieten afspelen. ([FAVORIET AFSP.])
–
De opnamen die ingesteld zijn als favorieten alleen als diavoorstelling afspelen.
–
Alle beelden wissen die niet ingesteld zijn als favorieten. ([ALLES WISSEN BEHALVE Ü ])
Selecteer [FAVORIETEN] op het [AFSPELEN] functiemenu.
Op 3/4 drukken om [ENKEL] of [MULTI] te kiezen en vervolgens op
[MENU/SET] drukken.
Selecteer het beeld en
vervolgens op [MENU/SET]
drukken.
•
[Ü] wordt weergegeven op beelden die
al als favorieten geregistreerd waren.
Instelling [MULTI]
•
Deze stappen herhalen voor elk beeld.
•
De instellingen worden geannuleerd
wanneer er opnieuw op [MENU/SET]
gedrukt wordt.
•
Verlaat het menu nadat het ingesteld is.
∫ Alle [FAVORIETEN] instellingen annuleren
1
Selecteer [FAVORIETEN] op het [AFSPELEN] functiemenu.
2
Op 3/4 drukken om [ANNUL] te kiezen en vervolgens op [MENU/SET] drukken.
•
Het bevestigingsbeeldscherm wordt weergegeven. Het wordt uitgevoerd als [JA]
geselecteerd wordt.
Verlaat het menu na de uitvoering.
Aantekening
•
U kunt tot en met 999 beelden als favorieten instellen.
•
Het kan zijn dat u opnamen die met andere apparatuur gemaakt zijn niet als favorieten in kunt
stellen.
•
De beelden die opgenomen werden met [KWALITEIT] op [
gezet worden.
Afspelen/Bewerken
[ENKEL]
Op 2/1 drukken om
het beeld te kiezen.
- 150 -
(P48)
[MULTI]
Druk op 3/4/2/1
om de beelden te
selecteren.
] kunnen niet op [FAVORIETEN]