3. Klik op Toepassen.
Instellingen van slimme ventilator configureren
1. Ga naar Configuratiescherm > Systeem > Hardware > Slimme ventilator.
2. Selecteer instellingen voor snelheid van ventilator.
Opmerking
Bij sommige modellen van NAS kunnen gebruikers slimme ventilators van systeem en CPU
afzonderlijk afstellen.
Instelling
Ventilatorsnelheid automatisch
aanpassen (aanbevolen)
Ventilatorsnelheid handmatig
aanpassen
3. Klik op Toepassen.
Instellingen voor hardware-bron configureren
U kunt bronnen voor uitbreidingskaart configureren en toewijzen voor verschillende toepassingen van QTS
in Instellingen voor hardware-bron. U kunt ook Thunderbolt-uitbreidingskaarten, TPU-modules of netwerk-
uitbreidingskaarten configureren die SR-IOV ondersteunen.
Zie voor meer informatie,
1. Ga naar Configuratiescherm > Systeem > Hardware > Hardware-bron.
QTS toont de beschikbare uitbreidingskaarten.
2. Selecteer de uitbreidingskaarten die u wilt configureren.
3. Selecteer onder Bronnengebruik een besturingssysteem of een toepassing.
Kies een van de twee opties voor automatische regeling van het
ventilatortoerental.
a. QTS monitort de temperaturen van het systeem, de schijven
en de CPU, en past de snelheid van ventilator automatisch
aan.
b. QTS past de ventilatorsnelheid aan in overeenstemming met
door gebruiker ingestelde temperaturen.
• Stille modus: Ventilatoren draaien langzaam om minder
• Normale modus: Ventilatoren draaien op normale
• Prestatiemodus: Ventilatoren draaien op hoge snelheid
Schuif met de schuifregelaar om de ventilatorsnelheid in te
stellen.
Instellingen voor Single Root I/O Virtualization (SR-IOV) bekijken
Actie door gebruiker
Opmerking
Modi zijn alleen beschikbaar voor
systeemventilatoren.
geluid te maken.
snelheid. Dit is de standaard instelling.
om de systeemtemperatuur laag te houden. Deze modus
is geschikt voor zwaar belaste systemen.
QTS 5.0.x Gebruikershandleiding
Systeeminstellingen
51