Instellingen voor opnamefuncties wijzigen
De wijze waarop het beeld wordt weergegeven
meteen na de opname wijzigen
U kunt de wijze waarop het beeld wordt weergegeven meteen na de opname
wijzigen.
De sjabloon weergeven
U kunt verticale en horizontale rasterlijnen weergeven of een uitsnede om het
afdrukbare gebied voor 90 x 130 mm en voor een briefkaart aan te duiden.
•
In
kunt u [Uitsnede] of [Beiden] niet instellen.
•
De rasterlijnen worden niet opgeslagen bij de opname.
•
De gebieden die met de optie [Uitsnede] grijs worden weergegeven, zijn
gebieden die niet worden afgedrukt. Het vastgelegde beeld bevat ook de
gedeelten in de grijze gebieden.
160
Selecteer [Terugkijken] en druk op de
knoppen qr om een optie te selecteren.
Uit
Geeft alleen het beeld weer.
Uitgebreide informatieweergave
details
(p. 178).
Het gebied binnen het AF-kader
wordt vergroot weergegeven,
Focus check
zodat u de focus kunt controleren.
De procedure is hetzelfde als in
'De focus controleren' (p. 118).
Selecteer [Disp. Sjabloon] en druk op de
knoppen qr om een optie te selecteren.
Uit
–
Een raster wordt over het scherm
Raster
geplaatst.
Boven en onder in het scherm
verschijnen grijze balken. Dit
gebied wordt niet afgedrukt als
Uitsnede
u afdrukt op papier met een
verhouding van 3:2.
De rasterlijnen en de uitsnede
Beiden
worden beide weergegeven.