3.1.5 Veiligheidsinstructies voor het opbergen van de Li-ion-batterij
•
Verwijder de batterij uit het omsnoeringssysteem of koppel de
batterij los van de lader wanneer deze niet wordt gebruikt.
•
Bewaar de batterij op een droge, goed geventileerde plaats, uit de
buurt van vlammen en voedsel.
•
Bewaar de batterij niet in de buurt van verwarmingsapparatuur en
bescherm deze tegen direct zonlicht.
•
Bewaar de batterij niet in de buurt van hete of ontvlambare
voorwerpen. Er bestaat explosiegevaar.
•
Houd kleine metalen voorwerpen uit de buurt van de batterij.
Gevaar voor kortsluiting.
•
Temperatuur: -20 tot 60 °C
3.1.6 Veiligheidsinstructies voor gebruikers van implantaten
•
Om technische redenen wordt aan de elektrische kabels
elektromagnetische (niet-ioniserende) straling opgewekt.
Implantaatdragers mogen zich niet in de directe omgeving van de
straling bevinden.
-19-
NL (Li)