3.1.1 Algemene veiligheidsinstructies voor Li-ion batterijen
Verwijder de batterij uit het omsnoeringssysteem voordat u het
•
vervoert of opbergt. Er bestaat gevaar voor letsel als het systeem
onbedoeld wordt geactiveerd.
Gebruik de batterij en de accessoires alleen als ze in perfecte staat
•
verkeren.
Gebruik geen defecte of beschadigde accu.
•
Gebruik alleen batterijen die zijn goedgekeurd voor uw systemen
•
(originele ErgoPack-batterij).
Personen met verminderde fysieke, zintuiglijke of geestelijke
•
vermogens of gebrek aan ervaring en kennis mogen de accu en de
lader niet gebruiken, tenzij zij onder toezicht staan van of instructies
hebben gekregen van een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid.
Maak geen kortsluiting in de batterij.
•
Stel de batterij niet bloot aan mechanische schokken.
•
Open de batterij niet en haal deze niet uit elkaar.
•
Vermijd grote temperatuurschommelingen.
•
Bescherm de batterij tegen hitte boven 60 °C en tegen vuur. Door te
•
hoge temperaturen kan vloeistof uit de batterij lekken en de
batterijbehuizing beschadigen. Vermijd contact met de vloeistof.
Dompel de batterij niet onder in vloeistoffen.
•
Gebruik de accu niet met een defecte aansluitkabel of defecte
•
contacten.
Voor het afvoeren van de accu, zie hoofdstuk 2.6.
•
3.1.2 Algemene veiligheidsinstructies Lader
•
Controleer de behuizing van de oplader, de kabels en de stekkers
op beschadigingen (bijv. scheuren, veranderingen aan de metalen
oppervlakken van de stekkers of vervormingen) voordat u de
oplader gebruikt. Gebruik het laadapparaat niet als het beschadigd
is.
•
Sluit het oplaadapparaat alleen aan op geschikte stopcontacten.
•
Open het oplaadapparaat niet, grijp er niet met gereedschap in en
steek er niets in.
-17-
NL (Li)