4. De installatie moet worden uitgevoerd conform de toepasselijke praktijkrichtlijn en door
geschoold vakpersoneel.
5. Buiten een periodieke inspectie zijn er geen speciale controle- of onderhoudsvoorwaarden.
6. Wat betreft de explosieveiligheid, is het niet nodig om de juiste werking te checken.
7. De apparatuur bevat geen onderdelen die door de gebruiker kunnen worden vervangen en
het is dus niet de bedoeling dat de gebruiker herstellingen uitvoert. De apparatuur moet
worden gerepareerd door de fabrikant of door erkende herstellers, conform de toepasselijke
praktijkrichtlijn.
8. Deze apparatuur moet worden gerepareerd conform de toepasselijke praktijkrichtlijn.
9. Wanneer de apparatuur in contact kan komen met agressieve stoffen, bv. zuurvormende
vloeistoffen of gassen die kunnen inwerken op metaal of oplosmiddelen die polymere
materialen kunnen aantasten, is het de verantwoordelijkheid van de gebruiker om de nodige
maatregelen te nemen om te voorkomen dat het apparaat negatief wordt beïnvloed, en zo
te waarborgen dat de typeclassificatie niet in gevaar komt.
10.Het certificaatnummer heeft een 'X' suffix; dit geeft aan dat speciale voorwaarden van
toepassing zijn voor installatie en gebruik. Wie deze apparatuur installeert of inspecteert,
moet de inhoud van het certificaat of deze instructies kunnen raadplegen. Hierna volgen
de voorwaarden van het certificaat:
– In bepaalde extreme omstandigheden kunnen de niet-metalen onderdelen van de
– Daarnaast mag de apparatuur enkel worden gereinigd met een vochtige doek. Dit is
SITRANS-sonde LU240 met mA/HART
Beknopte bedieningshandleiding, 10/2018, A5E42673746-AB
behuizing van deze apparatuur elektrostatische ontladingen genereren die tot
ontbranding kunnen leiden. Daarom mag deze apparatuur niet worden geïnstalleerd op
plaatsen waar de externe voorwaarden bevorderlijk zijn voor de ontwikkeling van
elektrostatische ontladingen op dergelijk oppervlakken.
vooral belangrijk voor apparatuur geïnstalleerd in zone 0.
6.3 Installaties in explosieve zones
Aansluiten
29