Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Medel RONDO Handleiding Voor De Gebruiker pagina 30

Inhoudsopgave

Advertenties

Algemene voorzorgsmaatregelen en waarschuwingen
bekend gevaar vormen in magnetische veldsterkten van 0,2 T, 1,0 T en 1,5 T (zonder chirurgi-
sche verwijdering van de interne magneet) wanneer men zich houdt aan de volgende aanbe-
velingen en richtlijnen voor de veiligheid. Men dient de arts / MRI-operator altijd te informe-
ren dat een patiënt een gebruiker van een cochleair implantaat of een gehoorhersenstam-
implantaat is en dat men speciale veiligheidsaanbevelingen en richtlijnen dient te volgen:
Veiligheidsaanbevelingen en richtlijnen voor MRI-scannen:
MRI-scanner met statische magnetische veldsterkte van alleen 0,2 T , 1,0 T of 1,5 T . Geen
andere veld- sterkten zijn toegestaan. (Bij gebruik van andere veldsterkten is letsel bij de
patiënt en / of beschadiging van het implantaat mogelijk.)
MRI-scan niet eerder dan 6 maanden na implantatie. (Uitvoering van een MRI in een
eerdere fase kan resulteren in verplaatsing van het implantaat en / of beschadiging van
het implantaat).
Er is een minimale dikte van het bot onder de implantaatmagneet van 0,4 mm nodig om
bestand te zijn tegen krachten van 5 N (komt overeen met een zwaartekracht van onge-
veer 0,5 kg) of tot maximaal 9 N voor het C40 cochleaire implantaat. (In een MRI-scanner
werken torsiekrachten in op de implantaatmagneet, die rotationele druk uitoefent: het
apparaat zal proberen te draaien om in lijn te komen met krachtlijnen. De resulterende
krachten op de randen van het implantaat worden gecompenseerd door het craniale bot
en de huidflap. Bot onder de implantaatmagneet dient dik genoeg te zijn om bestand te
zijn tegen deze toegepaste krachten.)
Patiënten met mechanisch beschadigde implantaten mogen geen MRI ondergaan. (Het
negeren van deze richtlijn zou kunnen resulteren in letsel bij de patiënt.)
Veiligheidsrichtlijnen
Voordat patiënten een MRI-ruimte binnengaan dienen alle externe componenten van het
implantaatsysteem (audio-processor en accessoires) te worden verwijderd. Voor veld-
sterkten van 1,0 T of 1,5 T moet een ondersteunend hoofdverband over het implantaat
worden geplaatst. Een ondersteunend hoofdverband kan een elastisch verband zijn dat
ten minste drie keer strak om het hoofd wordt gewikkeld (zie Fig. 13). Het verband moet
strak zitten, maar mag geen pijn veroorzaken.
Oriëntatie van het hoofd: bij 1,0 T en 1,5 T systemen moet de lengteas van het hoofd
parallel zijn aan het magnetische hoofdveld van de scanner. Dit is bijvoorbeeld het geval
wanneer de patiënt op de rug ligt terwijl het hoofd recht wordt gehouden. De patiënt
mag zijn / haar hoofd niet opzij draaien en buigen; anders is gedeeltelijke demagnetisering
van de implantaatmagneet mogelijk. Bij 0,2 T scanners is geen specifieke oriëntatie van
het hoofd vereist.
Men dient alleen sequenties in normale bedrijfsmodus te gebruiken! Tijdens de scan kun-
nen patiënten akoestische geluiden waarnemen, zoals klikken of piepen. Het verstrek-
ken van adequate informatie aan de patiënt voorafgaand aan de uitvoering van de MRI
28

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave