4.5
Bepaal de montagepositie
4.5.1 Algemeen
Een gecentreerde bandloop in het onderpart, met name voor de staarttrommel, is van groot belang. Een band die
uit het midden onder het opstortpunt aankomt, in combinatie met een eenzijdige belading, zal de scheefloop alleen
maar verergeren. Met als gevolg ongeplande stilstanden, schade aan transportband en bandconstructie.
Om dit te voorkomen wordt een CEN-TRAX belt tracker SKO/SO 5-10 meter voor de staarttrommel gemonteerd.
Bij banden met 2 draairichtingen moet ook een CEN-TRAX belt tracker voor de aandrijftrommel worden gemonteerd.
Indien de transportband op een specifiek punt scheef loopt, dient een CEN-TRAX belt tracker net voor het punt waar
de scheefloop ontstaat te worden gemonteerd.
Indien de scheefloop zich over een grotere lengte uitstrekt, dienen meerdere CEN-TRAX belt trackers te worden
gemonteerd. De afstand tussen de belt trackers onderling is afhankelijk van meerdere factoren zoals de mate van
scheefloop en bandsnelheid en varieert tussen de 10 en 50 meter. Bij het installeren van meerdere belt trackers moet
minstens 1 draagrol tussen beide systemen aanwezig zijn. Dit om te voorkomen dat beide belt trackers elkaar onder-
ling beïnvloeden.
Er zijn veel factoren die scheefloop in het onderpart kunnen veroorzaken, deze zijn onder andere:
• niet of onvoldoende uitgelijnde trommels en draagrollen
• ongelijkmatig gesleten trommels
• scheve bandverbinding
• scheve bandconstructie
• weersinvloeden, zoals dwarswind
• transportband wordt uit het midden beladen
• scheefloop in het bovenpart
Inspecteer vooraf de in bedrijf zijnde transsportbandinstallatie en stel vast waar en waardoor de scheefloop ontstaat.
4.5.2 Montagerichtlijnen
• De afstand tussen belt tracker en staart- resp. insnoertrommel dient ca. 5-10 meter te bedragen.
• Plaats geen draagrollen tussen belt tracker en staart- resp. insnoertrommel.
• Afstand tussen belt tracker en eerstvolgende draagrol ca. 3-5 meter.
• Afstand tussen buigtrommel en belt tracker ca. 10 meter.
• Plaats geen draagrol tussen belt tracker en buigtrommel.
• Bij een V-vormig onderpart dienen CEN-TRAX belt trackers type SKO-V resp. SO-V te worden toegepast. Neem
hiervoor contact op met TBK spillage control BV of met uw lokale distributeur.
• Indien meerdere belt trackers worden geïnstalleerd moet minstens 1 draagrol tussen beide systemen worden
gemonteerd.
Staarttrommel
3-5 m
5-10 m
= CEN-TRAX Belttracker
www.tbkgroup.com
Onderrol
3-5 m
5 m
10-50 m
ca.10 m
Montage- en bedieningshandleiding CEN-TRAX belt tracker type SKO en SO
Buigtrommel
5 m
3-5 m
ca.10 m
Spaninrichting
Aandrijftrommel
3-5 m
5-10 m
Pag 13