Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

SMA CLUSTER Gebruiksaanwijzing pagina 74

Inhoudsopgave

Advertenties

13 Netbeheer
6. Selecteer in het vervolgkeuzemenu Bron voor werkelijk vermogen installatie de bij het
netaansluitpunt gebruikte meetbron. Als u een Energy Meter als meetbron gebruikt, zorg er
dan voor dat het serienummer van de als meetbron gebruikte Energy Meter onder
Installatiecommunicatie > Meetwaarden > Teller op Speedwire in het veld Serial
Number wordt weergegeven. Als niet het juiste serienummer wordt weergegeven, voer dan
in het veld het serienummer van de gewenste Energy Meter in.
7. Kies [Opslaan].
8. Als u een van de analoge stroomingangen van de Cluster Controller als meetbron gebruikt,
moet u de karakteristieke curve van de analoge stroomingang instellen. Daardoor worden de
gemeten stroomsignalen bij de analoge stroomingang in de overeenkomstige percentages
voor de teruglevering van werkelijk vermogen omgerekend:
• Kies de parametergroep Apparaat > In-/uitgangen > Analoge ingang.
• Kies [Bewerken].
• Stel de karakteristieke curve afhankelijk van de aangesloten sensor in (zie handleiding
van de fabrikant).
• Kies [Opslaan].
Instellingen voor de begrenzing van het werkelijk vermogen uitvoeren
Voorwaarden:
☐ De configuratie voor de begrenzing van het werkelijk vermogen moet met de
verantwoordelijke netwerkexploitant zijn afgestemd.
☐ In de omvormer moet de noodzakelijke parameter voor de begrenzing van het werkelijk
vermogen zijn ingesteld (zie hoofdstuk 13.2, pagina 69).
Werkwijze:
1. Meld u aan als Installateur op de Cluster Controller.
2. Selecteer in de installatiestructuur de Cluster Controller en in het apparaatmenu het menu
Energienetbeheer.
3. Voer de algemene instellingen uit:
• Kies de parametergroep Algemene instellingen > Installatiebesturing.
• Kies [Bewerken].
• Kies in het vervolgkeuzemenu Bedrijfsmodus de optie Regeling.
• Als u de digitale of analoge ingangen gebruikt, voer dan in het veld Tijdsinterval voor
regelwaarde het gewenste tijdsinterval in.
• Pas zo nodig de waarde voor het totale nominale installatievermogen aan. Af fabriek
wordt het in de installatie beschikbare nominale omvormervermogen als waarde voor het
totale nominale installatievermogen gebruikt:
– Selecteer in het vervolgkeuzemenu Totaal nominaal installatievermogen de
optie Door de gebruiker gedefinieerd.
74
ClusterController-BA-nl-16
SMA Solar Technology AG
Gebruiksaanwijzing

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave