CORR OMGEVINGSLICHT (FILM)
Selecteer AAN om correctie van het omgevingslicht tijdens
fi lmopnamen in te schakelen.
N
Selecteer UIT als u streepvorming waarneemt in fi lms die zijn opgeno-
men met behulp van deze optie. Als AAN is geselecteerd wanneer een
lens, die geen gegevens verzendt, op de camera is bevestigd met behulp
van een FUJIFILM M BEVESTIGINGSADAPTER (apart verkrijgbaar), dan
wordt het omgevingslicht aangepast volgens de optie geselecteerd voor
A
OPNAME-INSTELLINGEN > ADAPT.INSTEL. > OMGV.LICHT CORR.
in het opnamemenu (
SCHEPSTELGEBIED (FILM)
Kies het scherpstelgebied voor fi lms die zijn opgenomen met
behulp van autofocus of handmatige scherpstelling.
FILMSCHERPSTELLING
Kies hoe de camera het scherpstelpunt voor fi lmopname selec-
teert.
Optie
Optie
6
AF(MULTI)
AF-VELD KEUZE
142
P
131).
Automatische selectie van scherpstelpunten.
De camera stelt scherp op het onderwerp in het geselecteerde
scherpstelgebied.
Beschrijving
Beschrijving