Sluit de sensoraansluitkabel en de kabels van de overspanningsbeveiliging aan volgens de volgende afbeelding (rood
aan groen en zwart aan bruin). Pas voor aansluiting de kous over de groene en bruine draden
uiteinde van de kous zo dicht mogelijk bij de connector is.
Bevestig de dradengroep aan de voorgemonteerde randclip door gebruik te maken van de bijgevoegde kabelbinder
Verbind de aarde met de sensorbehuizing met de bijbehorende schroef
Vouw de platte kabel voorzichtig op en bevestig deze aan de voorgemonteerde randclip met de bijgevoegde kabelbinder
④
. Zorg ervoor dat de platte kabel niet in contact komt met het geleidende deel van de printplaat.
Omgang met afdichtingen gebruikt bij CD 6 sensors
De sensoraansluit- en hybride kabels aan de CD 6 sensors zijn voorzien van afdichtingen. Om er voor te zorgen dat de
sensors juist zijn afgedicht, moeten de afdichtingen correct geïnstalleerd zijn. Als de pakkingen samen met de kabels
worden geleverd, steken ze in de beschermende buizen.
LDS 6/CD 6 Bedieningshandleiding voor het gebruik van het apparaat in explosieve zones
A5E03314905-01, 04/2013
①
③
.
en zorg ervoor dat het
②
.
21