Algemene beschrijving
1.1.5 Storingsregistratie
Ten tijde van het optreden van een externe storing zullen gegevens omtrent de aard van de
storing worden opgeslagen in het zogenaamde "externe storinggeheugen" (zie "Uitlezen van
extern storinggeheugen"). Tegelijkertijd geven de LED indicators de aard van de storing aan.
Gedetailleerde storingsregistratie en uitlezen van de opgeslagen storingen is alleen mogelijk
indien gebruik wordt gemaakt van een hulpvoeding (110 of 230 V wisselspanning), zie
"Aansluiten van een hulpvoeding".
Als geen gebruik wordt gemaakt van een hulpvoeding en de RP600 is niet langer actief,
omdat de fasestromen < 0.4 Inominaal, dan worden bij een fout alleen nog onderstaande data
in het (niet-vluchtig) geheugen opgeslagen:
• LED indicator data
• Grootte van de foutstroom (met een maximum van 5 fouten)
Naast informatie over opgetreden externe storingen wordt eveneens informatie
opgeslagen omtrent opgetreden interne storingen van de RP600 (zie "Uitlezen van intern
storinggeheugen").
1.1.6 Incidentregistratie
De RP600 zal, op voorwaarde dat gebruik wordt gemaakt van een hulpvoeding (zie
"Aansluiten van een hulpvoeding"), onderstaande incidenten afzonderlijk tellen en registreren:
• Grootte van de laatst opgetreden foutstroom (ook indien meer dan 5 fouten)
• Totale tijdsduur van de laatst opgetreden fout (voor elke fase)
De tellers kunnen afzonderlijk of gezamenlijk manueel terug op nul worden gezet. Zie
"Uitlezen van geregistreerde incidenten" voor gebruiksinformatie.
1-7
Digitaal Beveiligingsrelais RP600