Ventilatie en VerluChting Van De inStallatielokalen
de ventilatie wordt geacht voldoende te zijn wanneer het lokaal voorzien is van luchtinlaten op basis van de tabel:
luchtinlaten
Zie figuur 2
Categorieën van de toestellen
Pelletkachels
Ketels
De ventilatie wordt in ieder geval geacht voldoende te zijn wanneer het drukverschil tussen buiten en binnen gelijk is aan of kleiner
is dan 4 Pa.
Wanneer er toestellen op gas van het type B aanwezig zijn met afwisselende werking die niet bestemd zijn voor de verwarming, dan moeten
die worden voorzien van een opening voor verluchting en/of ventilatie. De luchtinlaten moeten voldoen aan de volgende vereisten:
beschermd zijn door middel van roosters, metalen netten enz. zonder evenwel de nuttige netto doorsnede te verminderen;
uitgevoerd zijn zodat de onderhoudswerkzaamheden mogelijk worden;
geplaatst zodat die niet afgesloten kunnen worden;
De aanvoer van schone, niet-verontreinigde lucht kan ook gebeuren vanuit een aanpalend lokaal (indirecte verluchting en ventilatie)
mits de aanvoer vrij kan gebeuren via permanente communicerende openingen naar buiten.
Het aanpalende lokaal mag niet worden gebruikt als garage, opslagplaats voor brandbaar materiaal of voor activiteiten die brandgevaar
opleveren, of als badkamer, slaapkamer of gemeenschappelijk lokaal van het gebouw.
rookeVaCuatieSySteeM
algeMene VereiSten
De warmtegenerator werkt bij onderdruk en is voorzien van een ventilator bij de uitgang voor de rookafvoer. Ieder toestel moet
worden aangesloten op een geschikt rookevacuatiesysteem om een goede verdeling van de verbrandingsproducten in de lucht te
verzekeren. De afvoer van de verbrandingsproducten moet via het dak gebeuren. De rechtstreekse afvoer via de muur is verboden,
alsook in de vrije lucht. Meer bepaald is het gebruik van uitschuifbare, flexibele buizen niet toegelaten.
De schoorsteen moet de afvoer alleen krijgen van het rookkanaal dat op het toestel is aangesloten, collectieve rookkanalen zijn niet
toegestaan, evenmin als het inbrengen van andere rookkanalen in dezelfde schoorsteen of van de afvoer van dampkappen boven
kookfornuizen van eender welke aard, noch afvoerbuizen afkomstig van andere generatoren.
Het rookkanaal en de schoorsteen moeten aangesloten zijn met een continuïteitsoplossing, om te vermijden dat de schoorsteen op
het toestel steunt.
Het is verboden om in de systemen voor afvoer van rookgassen andere kanalen voor afvoer van lucht of installatieleidingen te laten
lopen, ook al is de buis ruim genoeg.
De componenten van het systeem voor evacuatie van rookgassen moeten worden gekozen in functie van het type
toestel dat moet worden geïnstalleerd, volgens:
in geval van metalen schoorstenen UNI/ TS 11278, met bijzondere aandacht voor wat is aangegeven in de lay-out;
in geval van niet-metalen schoorstenen: UNI EN 13063-1 en UNI EN 13063-2, UNI EN 1457, .-UNI EN 1806; in het bijzonder
rekening houdend met:
temperatuurklasse;
drukklasse (rookdicht) minstens gelijk aan de vereiste dichting voor het toestel;
weerstand tegen vocht (condensdicht);
classe of corrosieniveau en specificaties van het materiaal waaruit de binnenwand bestaat bij contact met de rookgassen.
klasse van de weerstand tegen roetontbranding;
minimale afstand tot brandbare materialen
Als de temperatuur van de rook afkomstig van de generator wegens het hoge rendement (zie de technische gegevens) lager is
dan 160°C+ omgevingstemperatuur, dan moet deze absoluut vochtbestendig zijn.
Wanneer de installateur van het systeem voor evacuatie van de rookgassen de installatie heeft voltooid en de betreffende controles
heeft uitgevoerd, moet hij in de buurt van de schoorsteen op een zichtbare plaats de schoorsteenplaat aanbrengen die door de
fabrikant bij het product wordt meegeleverd; dit plaatje moet worden vervolledigd met de volgende informatie:
8
netto van de opening ten opzichte
Referentienormen
UNI EN 14785
UNI EN 303-5
NEDERLANDS
Percentage van de doorsnede
van de doorsnede van de uitgang
van de rookgassen uit het toestel
-
50%
Netto minimale waarde
van de opening van de
ventilatieleiding
80 cm²
100 cm²