Inhoudsopgave
Advertenties
11.
START/STOP PROCEDURE
11.1. Veiligheid
Voordat de Verti-cut gebruikt kan gaan worden, dient men het volgende na te gaan:
1. Zijn er losse objecten aanwezig op het veld? Verwijder deze eerst.
2. Zijn er hellingen? De maximale helling waarop gewerkt mag worden met deze machine is 20
graden. Werk altijd van boven naar beneden.
3. Zitten er harde objecten in de grond? Zo ja, gebruik de Verti-cut op aangepaste snelheid.
4. Is er gevaar voor rondvliegende objecten als golfballen, die de aandacht van de bestuurder
afleiden? Zo ja, de Verti-cut kan NIET gebruikt worden.
5. Is er gevaar voor wegzakken of wegglijden? Zo ja, stel het verticuteren uit.
6. Wanneer de bodem bevroren of zeer nat is, stel de werkzaamheden uit totdat de omstandigheden
beter zijn.
7. Maak geen scherpe bochten als de Verti-cut op de grond rust.
!! Rijd NOOIT achteruit met de messen in de grond !!
11.2. Starten met verticuteren
De start procedure is ZEER belangrijk. Als deze procedure niet wordt uitgevoerd als hieronder is
beschreven, kunnen er serieuze beschadigingen aan de te bewerken ondergrond / machine ontstaan.
De start procedure is als volgt:
1. Controleer de Verti-Cut goed op loszittende onderdelen en kijk of alle onderdelen goed
functioneren.
!! Indien er losse onderdelen zijn geconstateerd of onderdelen niet goed werken dan
dienen de problemen eerst verholpen te worden alvorens de Verti-Cut te gebruiken !!
2. Rij naar de plek waar de bewerking moet plaatsvinden.
3. Zet de machine op het te bewerken oppervlak en stel de werkdiepte van de machine statisch in
zoals beschreven in hoofdstuk 8.
!! Zorg ervoor dat de Verti-cut en de tractor niet kunnen verplaatsen tijdens het afstellen !!
4. Hef de machine omhoog.
5. Schakel de tractor in de juiste versnelling.
6. Zet de tractor motor op ca. 1200 omw/min. en schakel de PTO in.
7. Laat de machine rustig zakken tot de volledige werkdiepte is bereikt.
8. Rij nu vooruit en voer het toerental op tot het PTO toerental van 540 omw/min is bereikt.
9. Voor de eerste pass:
10. Controleer na een paar meter of de gewenste werkdiepte is bereikt, indien nodig stel de
werkdiepte bij zoals beschreven in hoofdstuk 8.
15
Advertenties
Inhoudsopgave
