7.7
Het siliconenrubber van de siliconenhouders vervangen
Om een afdichting van goede kwaliteit te verkrijgen moet het siliconenrubber niet beschadigd zijn en moet het
oppervlak vlak zijn. Het rubber kan beschadigd raken door verbranding met de sealdraad of door mechanisch
contact.
Vervang het siliconenrubber indien het beschadigd is, of zoals gespecificeerd in Onderhoudsschema op pagina
18.
Figuur 15: Het siliconenrubber van de siliconenhouders vervangen
1.
Trek het oude siliconenrubber van de houder. Zie Figuur 15: Het siliconenrubber van de
siliconenhouders vervangen op pagina 23.
2.
Snijd een nieuw stuk siliconenrubber af. Zorg ervoor dat het net zo lang is als de houder.
3.
Plaats het nieuwe stuk siliconenrubber in de siliconenhouder door het in de uitsparing te drukken.
Controleer of het siliconenrubber volledig en gelijkmatig in de sleuf is geplaatst. Het is ook belangrijk dat het
oppervlak van het siliconenrubber glad is nadat het op zijn plek zit en dat het geen tekenen van spanning toont.
23