REMKO serie LTE
3
Opbouw en werking
3.1 Luchtontvochtiging -
algemene aanwijzingen
De samenhangende processen bij de ontvochti-
ging van lucht berusten op natuurkundige wetma-
tigheden. Deze worden hier in vereenvoudigde
vorm getoond om u een klein overzicht te geven
van het principe van de luchtontvochtiging
Het gebruik van REMKO-luchtontvochtigers
n
Ramen en deuren kunnen nog zo goed geïso-
leerd zijn, nattigheid en vocht dringen zelfs
door dikke betonwanden.
n
De bij de productie van beton, mortel, pleister,
etc. benodigde waterhoeveelheden voor het
binden zijn onder bepaalde omstandigheden
pas na 1-2 maanden uitgediffundeerd.
Zelfs de vochtigheid die na hoog water of een
n
overstroming in de muren is binnengedrongen,
wordt maar heel langzaam weer vrijgegeven.
n
Dit geldt bijv. ook voor vocht in opgeslagen
materiaal.
Vocht dat uit delen van gebouwen of materiaal
komt (waterdamp), wordt opgenomen door de
omgevingslucht. Daardoor stijgt het vochtgehalte
van die lucht en dit leidt uiteindelijk tot corrosie,
schimmels, rotting, afbladdering van verflagen en
andere ongewenste schade door vocht. Het onder-
staande diagram hiernaast geeft de corrosiesnel-
heid voor bijv. metaal bij verschillende luchtvochtig-
heid weer.
A
Afb. 1: Corrosiesnelheid afhankelijk van de rel.
luchtvochtigheid
A: Corrosiesnelheid
B: Relatieve luchtvochtigheid [%]
Het wordt inzichtelijk dat de corrosiesnelheid onder
50 % van de relatieve luchtvochtigheid (RV) onbe-
duidend en onder 40% RV te verwaarlozen is.
10
Vanaf 60% RV stijgt de corrosiesnelheid bijzonder
sterk. Deze grens voor schade door vochtigheid
geldt ook voor andere materialen, bijv. poedervor-
mige stoffen, verpakkingen, hout of elektronische
apparatuur.
Het drogen van gebouwen kan op verschillende
manieren gebeuren:
1.
2.
Met het oog op het energieverbruik heeft de lucht-
ontvochtiging een doorslaggevend voordeel:
Het energieverbruik beperkt zich uitsluitend tot het
aanwezige ruimtevolume. De mechanische warmte
die vrijkomt door het ontvochtigingsproces, wordt
weer naar de ruimte geleid.
Bij het gebruik volgens de aanwijzingen ver-
bruikt de luchtontvochtiger slechts ca. 25% van
de energie, die volgens het principe „ver-
warmen en ventileren" zou moeten worden
opgebracht.
B
Door verwarming en luchtuitwisseling: De
lucht in de ruimte wordt verwarmd om voch-
tigheid op te nemen en om vervolgens weg-
geleid te worden naar buiten. De totale inge-
brachte energie gaat dan met de weggeleide
vochtige lucht verloren.
Door luchtontvochtiging: De in de gesloten
ruimte aanwezige vochtige lucht wordt vol-
gens het condensatieprincipe continu ont-
vochtigd.
AANWIJZING!