6 - WERKING BESTURINGSSYSTEEM
6.2 - Verwarming / Koeling / Stand-by
De regeling bepaalt de verwarmings-/koelingsstatus van de eenheid.
Koelmachines kunnen werken in koelbedrijf en warmtepompten
kunnen werken in koel- of verwarmingsbedrijf.
Als de eenheid in de verwarmingsmodus is, kan de regelaar de
ketel gebruiken om aan de verwarmingsvraag te voldoen. De ketel
wordt gebruikt als mechanische verwarming onmogelijk of
onvoldoende is. Als de buitenluchttemperatuur erg laag is, kunnen
bovendien elektrische verwarmingselementen worden gebruikt als
aanvullende verwarming.
Wanneer de koelmodus wordt geselecteerd, gaat de eenheid koelen
en wordt de verwarmingsketel of de elektrische verwarming niet
geactiveerd.
Als de eenheid Stand-by is, wordt er niet gekoeld of verwarmd en
zijn de compressoren gestopt. De pomp draait met geen mechanische
koeling of verwarming tenzij anders is geconfigureerd. De pomp kan
worden gestopt, afhankelijk van de pompconfiguratie (PUMPCONF
– Pompconfiguratie).
Omschakeling verwarmen/koelen voor
warmtepompen
Verwarmen
stand-by
Verwarmingsgrenswaarde
[hauto_sp]
Bedrijfsmodus regeling
De bedrijfsmodus, d.w.z. koelen of verwarmen, wordt bepaald op
basis van de volgende parameters:
■ Status eenheid aan/uit [status]: bedrijfsstatus van apparaat.
■ Regeltype [ctrl_typ]: lokaal, extern of netwerk.
■ Lokale selectie verwarmen/koelen [hc_sel]: selectie verwarmen/
koelen als de eenheid de eenheid op het lokale type staat.
■ Externe selectie verwarmen/koelen [onsw_cr]: selectie verwarmen/
koelen als de eenheid op bediening op afstand staat.
■ Netwerkselectie verwarmen/koelen [HC_SEL]: selectie
verwarmen/koelen als de eenheid op netwerktype staat.
■ Buitenluchttemperatuur [BLT]: selectie verwarmen/koelen als de
automatische omschakeling is ingeschakeld.
Verwarmen/
Verwarmen/
Regeltype
Koelen
Koelen (op
(lokaal)
afstand)
lokaal
koelen
-
lokaal
Verwarmen
-
lokaal
auto*
-
lokaal
auto*
-
lokaal
auto*
-
Op afstand
-
on_cool
(Remote)
Op afstand
-
on_heat
(Remote)
Op afstand
-
on_auto
(Remote)
Op afstand
-
on_auto
(Remote)
Op afstand
-
on_auto
(Remote)
Netwerk
-
-
Netwerk
-
-
Netwerk
-
-
Netwerk
-
-
Netwerk
-
-
*
Als automatisch omschakelen is geselecteerd in de gebruikersconfiguratie;
anders standaard ingesteld op "koeling".
Verklaring
cauto_sp = omschakeling setpoint koeling (SETPOINT-menu)
hauto_sp = omschakeling setpoint verwarming (SETPOINT-menu)
oat = buitenluchttemperatuur
Koelen
Buitenluchttemperatuur
Koelingsgrenswaarde
[cauto_sp]
Verwarmen/
Koelen
Buitenluchttemperatuur
Bedrijfstype
(netwerk)
-
-
-
-
Verwarmen
-
> cauto_sp + 1
-
< hauto_sp -1
Verwarmen
hauto_sp + 1 < oat
-
< cauto_sp -1
-
-
-
-
Verwarmen
-
> cauto_sp + 1
-
< hauto_sp - 1
Verwarmen
hauto_sp + 1 < oat
-
< cauto_sp - 1
koelen
-
Verwarmen
-
Verwarmen
auto*
> cauto_sp + 1
auto*
< hauto_sp - 1
Verwarmen
hauto_sp + 1 < oat
auto*
< cauto_sp - 1
6.3 - Verwarming/koeling selectie
De selectie verwarmen/koelen geldt alleen voor warmtepompen.
De keuze verwarmen/koelen kan op verschillende manieren worden
geregeld, afhankelijk van de actieve bedieningsmodus. Standaard
is koelen geselecteerd.
De selectie van verwarmen/koelen kan als volgt worden bepaald:
■ Lokaal op de eenheid met behulp van het HC_SEL item in het
GENUNIT menu
■ Extern via het contact voor selectie van verwarmen/koelen, als
de eenheid in de externe bedrijfsmodus (Remote) staat,
■ Via een netwerkopdracht als de eenheid in de Netwerkmodus
(Network) staat
Verwarmen/Koelen kan handmatig worden ingesteld door de
gebruiker of automatisch door de regeling. Wanneer verwarming/
koeling selectie automatisch is bepaalt de buitenluchttemperatuur
de omschakeling tussen verwarmen/koelen/stand-by (zie het
SETPOINT-menu voor omschakelingtemperaturen voor koelen en
verwarmen). De automatische omschakeling is optioneel en vereist
gebruikersconfiguratie (GENUNIT – Algemene parameters).
Instellen omschakeling koelen/verwarmen/automatisch
1. Ga naar het hoofdmenu.
2. Selecteer General Parameters (GENUNIT) (Algemene
parameters).
3. Stel Heat/Cool Select [HC_SEL] (Selectie verwarmen/koelen) in.
Heat/Cool Select [HC_SEL] (Selectie verwarmen/koelen)
0
Koelen
1
Verwarmen
2
Automatische omschakeling
Instellen setpoint omschakeling koelen/verwarmen
1. Ga naar het hoofdmenu.
2. Selecteer Setpoint Configuration (SETPOINT) (Setpoint
configuratie).
3. Stel Cool Changeover Setpt [cauto_sp] (Setpointomschakeling
koelen) of Heat Changeover Setpt [hauto_sp]
(Setpointomschakeling verwarmen) in.
Cool Changeover Setpt [cauto_sp]
3.9 tot 50°C
23.9°C
39 tot 122°F
75°F
Heat Changeover Setpt [hauto_sp]
0 tot 46,1°C
17,8°C
32 tot 115°F
64°F
Koelen
6.3.1 - Regeling ketel
Koelen
De ketel wordt geactiveerd als de buitenluchttemperatuur (BLT) lager
is dan de door de gebruiker geconfigureerde drempel van de
stand-by
buitentemperatuur voor de ketel. Deze is standaard ingesteld op
-10°C (14°F).
Koelen
De grenswaarde voor de buitenluchttemperatuur instellen voor
de verwarmingsketel
1. Ga naar het configuratiemenu.
Koelen
2. Selecteer Heat/Cool Configuration (HCCONFIG).
3. Stel Boiler BLT Threshold [boil_th] (Ketel BLT drempel) in.
Boiler BLT Threshold [boil_th] (Ketel BLT drempel)
stand-by
-15 tot 15°C
-10°C
Koelen
5 tot 59°F
14°F
Koelen
stand-by
NL-39
AQUACIAT