In de modus Diode ligt de normale voorwaartse spanningsval (doorlaatrichting) van een
goede siliconendiode tussen 0,400V en 0,900V (Afb. 6-6, links). Een hogere waarde wijst
op een lekkende diode (defect). Een waarde van nul wijst op een kortgesloten diode
(defect). ´OL´ op het scherm wijst op een onderbroken diode (defect). Wissel de
meetsnoeren (sperrichting) over de diode om (afb. 6-6, rechts). U ziet ´OL´ op het scherm
als de diode goed is. Alle andere waarden geven aan dat de diode te veel weerstand of
kortsluiting heeft (defect).
Afbeelding 6-6 – Diode testen (doorlaatrichting links, sperrichting rechts)
GEBRUIKERSHANDLEIDING FLIR DM6x
Identificatie document: DM6x-nl-NL_AA
18