Extra printer instellen
Let op—Kans op beschadiging: De elektrische componenten van de systeemkaart raken gemakkelijk beschadigd
door statische elektriciteit. Raak daarom eerst een metalen voorwerp aan voordat u de elektrische componenten of
aansluitingen van de systeemkaart aanraakt.
Opmerking: Voor deze taak hebt u een schroevendraaier met platte kop nodig.
1
Open het toegangspaneel van de systeemkaart.
Zie
"Toegang tot de systeemkaart" op pagina 24
2
Verwijder de kaart uit de verpakking.
Let op—Kans op beschadiging: Raak de aansluitpunten aan de rand van de kaart niet aan.
3
Houd de kaart aan de zijkanten vast en breng de pinnen (1) aan de onderkant op gelijke hoogte met de uitsparingen
(2) in de systeemkaart.
4
Druk de kaart stevig op zijn plaats.
Let op—Kans op beschadiging: Let erop dat de aansluitpunten niet beschadigd raken.
Opmerking: De connector van de kaart moet over de gehele lengte in aanraking zijn met de systeemkaart.
5
Plaats de systeemkaartklep terug.
Opmerking: Nadat de printersoftware en eventuele opties zijn geïnstalleerd, is het wellicht nodig om de opties
handmatig toe te voegen in het printerstuurprogramma om deze beschikbaar te maken voor afdruktaken. Zie
"Beschikbare opties van het printerstuurprogramma toevoegen" op pagina 45
Internal Solutions Port installeren
De systeemkaart ondersteunt één optionele Lexmark Internal Solutions Port (ISP).
LET OP—KANS OP ELEKTRISCHE SCHOK: Als u de systeemkaart opent of optionele hardware of
geheugenapparaten installeert nadat u de printer hebt ingesteld, moet u voordat u doorgaat eerst de printer
uitschakelen en de stekker uit het stopcontact halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer,
schakelt u deze ook uit en koppelt u de kabels los van de printer.
voor meer informatie.
1
2
voor meer informatie.
31