Te diepe inspanlengte (niet toegestaan)
5.1.3. Aandraaimoment
Onvoldoende klemming,
schroefbreuk of beschadiging als
gevolg van overbelasting.
Kans op letsel of levensgevaar
door rondvliegende onderdelen in
bedrijf.
Terugslagarme
draaimomentsleutel gebruiken.
Gereedschappen en spanmiddelen
niet in verhitte of onderkoelde
toestand monteren.
Indien meer dan twee schroeven
per klemunit worden vastgezet,
dienen de spanschroeven vanuit
het midden naar buiten toe met het
vereiste draaimoment vastgezet te
worden.
Beschadiging van het spanmiddel
door te sterk vast te draaien. Het
max. aandraaimoment van 100 Nm
niet overschrijden.
Terugslagvrije momentsleutel
gebruiken.
Spanmoer voor SINO Spanhouder = 100 Nm
5.1.4. Optreden na een gereedschapscolli-
sie
Na een botsing van het gereed-
schap of na hoge bewerkingsvib-
raties is de vastigheid van het
broze snijmateriaal en
inzetgeharde spanmiddelen niet
meer te waarborgen. Hoge
vibraties of botsingen van het ge-
reedschap werken als slagen op de
snijkanten. Bij de zeer hoge
belastingen, veroorzaakt door de
hoge snijsnelheid van de houtbe-
werking, kunnen reeds
beschadigde gereedschappen en
spanmiddelen breken. De brok-
stukken werken door de hoge
bewerkingssnelheden als kogels.
Snij-, kneuzing- of levensgevaar
door wegvliegende brokstukken.
Beschadigde of van vorm
veranderde gereedschappen en
spanmiddelen niet opnieuw
gebruiken.
Reparatie- en herstelwerkzaam-
heden aan gereedschappen en
spanmiddelen alleen door de ge-
reedschapsproducent laten
uitvoeren.
Gereedschappen en spanmiddelen
op micro-beschadiging laten
onderzoeken alsmede de gereed-
schapsopname van de machine
controleren.
5.1.5. Reiniging
Voor de hoogste precisie en
standtijd is het belangrijk dat het
gereedschap en spanmiddel,
afhankelijk van de omstandig-
heden, regelmatig ontharst en
gereinigd wordt.
Beschadiging van het gereed-
schap, de snijkanten en messen-
spansystemen alsook spanmid-
16 / 24