• Controleer of uw computer juist is geconfigureerd om de opslagstations te ondersteunen.
– Als uw computer over vijf SATA-opslagstations beschikt, controleer dan of de inschakelingsmodule van
het SATA-opslagstation (één tot vijf opslagstations) is geïnstalleerd.
– Als uw computer over vijf SAS-opslagstations beschikt, controleer dan of de inschakelingsmodule van
het SAS-opslagstation (één tot vijf opslagstations) of de LSI MegaRAID SAS-adapter is geïnstalleerd.
Het bericht "No Operating System Found" of het systeem wordt niet vanaf het juiste
opslagstation gestart
Symptoom: Het bericht "No Operating System Found" of het systeem wordt niet vanaf het juiste
opslagstation gestart
Oplossingen:
• Controleer of alle signaal- en voedingskabels van het opslagstation juist zijn verbonden.
• Controleer of het opslagstation waarvanaf uw computer wordt opgestart als eerste opstartapparaat wordt
weergegeven in het programma Setup Utility. Raadpleeg "De opstartvolgorde van apparaten permanent
wijzigen" op pagina 40.
Opmerking: In zeldzame gevallen kan het opslagstation met het besturingssysteem beschadigd raken.
In dat geval moet u mogelijk het opslagstation vervangen. Raadpleeg Hoofdstuk 7 "Hardware installeren
en vervangen" op pagina 55.
Netwerkproblemen
In dit gedeelte vindt u oplossingen voor netwerkproblemen.
Ethernet LAN-problemen
Mijn computer kan geen verbinding maken met een Ethernet LAN
Oplossingen:
• Sluit de kabel aan op de Ethernet-poort en de RJ45-aansluiting van de hub.
• Schakel de Ethernet LAN-functie in het programma Setup Utility in. Zie "Het programma Setup Utility
starten" op pagina 35. Volg daarna de instructies op het scherm.
• Schakel de Ethernet LAN-adapter in.
1. Afhankelijk van uw Windows-versie doet u één van de volgende dingen:
– Windows 7: klik op knop Start om het menu Start te openen.
– Windows 10: klik met de rechtermuisknop op de knop Start om het Start-contextmenu te openen.
2. Klik op Configuratiescherm. Bekijk Configuratiescherm met grote of kleine pictogrammen en klik
vervolgens op Netwerkcentrum ➙ Adapterinstellingen wijzigen.
3. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Ethernet LAN-adapter en klik op Inschakelen.
• Werk de Ethernet LAN-adapter bij of installeer de Ethernet LAN-adapter opnieuw. Zie "Uw computer
up-to-date houden" op pagina 27.
• Installeer alle netwerksoftware die voor uw netwerkomgeving nodig is. Neem contact op met de
netwerkbeheerder voor de benodigde netwerksoftware.
• Stel dezelfde duplex in voor de switch-poort en de adapter. Als u de adapter hebt geconfigureerd voor
volledig duplex, zorg dan dat de switch-poort ook hiervoor is geconfigureerd. Als u de verkeerde
duplexinstelling opgeeft, kunnen de prestaties van het apparaat achteruit gaan, kunnen er gegevens
verloren gaan en kunnen er verbindingen verbroken worden.
.
Hoofdstuk 6
Diagnose, probleemoplossing en herstel
47