452237.69.11 · 10/2016 · Rei
Montage- en bedieningshandleiding
WWP S 35 IDR
1 Direct lezen a.u.b.
1.3
Wettelijke voorschriften en richtlijnen
Deze warmtepomp is volgens artikel 1, paragraaf 2 k) van de EG-richtlijn 2006/42/EC
(richtlijn voor machines) voor huiselijk gebruik bestemd en valt daarmee onder de eisen
van de EG-richtlijn 2006/95/EC (laagspanningsrichtlijn). De pomp is daarmee ook be-
stemd voor gebruik door leken voor het verwarmen van winkels, kantoren en andere
soortgelijke werkomgevingen, evenals voor het verwarmen van landbouwbedrijven, ho-
tels, pensions en dergelijke of voor het verwarmen van andere wooninrichtingen.
De warmtepomp voldoet aan alle relevante DIN-/VDE-voorschriften en EG-richtlijnen.
Deze vindt u in de CE-verklaring in de bijlage.
De elektrische aansluiting van de warmtepomp moet volgens de geldige VDE-, EN- en
IEC-normen en volgens het Algemeen Reglement voor Elektrische Installaties (A.R.E.I.)
worden uitgevoerd. Bovendien moeten de aansluitingsvoorwaarden van de energiebe-
drijven in acht worden genomen.
De warmtepomp moet overeenkomstig de betreffende voorschriften in de warmtebron-
en verwarmingsinstallatie resp. koelinstallatie geïntegreerd worden.
Personen, in het bijzonder kinderen, die wegens hun fysieke, zintuiglijke of mentale
vaardigheden of wegens hun gebrek aan kennis of ervaring niet in staat zijn het toestel
op een veilige manier te gebruiken, mogen dit toestel niet zonder toezicht of instructies
van een verantwoordelijke persoon gebruiken.
Kinderen niet zonder toezicht laten om zeker te zijn dat ze niet met het toestel spelen.
OPGELET
ACHTUNG
Werkzaamheden aan de warmtepomp mogen uitsluitend door een bevoegde en
vakkundige klantendienst uitgevoerd worden.
ACHTUNG
OPGELET
Voor het gebruik en het onderhoud van deze warmtepomp zijn de vereiste
regelgevingen van de landen na te komen, waarin de warmtepomp gebruikt wordt.
Afhankelijk van de koelmiddelhoeveelheid moet de dichtheid van de warmtepomp met
regelmatige tussenpozen door overeenkomstig opgeleid personeel worden
gecontroleerd en vastgelegd.
Mee informatie hierover vindt u in het logboek.
1.4
Energiebesparend gebruik van de warmtepomp
Door het gebruiken van deze warmtepomp draagt u bij aan de ontlasting van ons mi-
lieu. Voor een efficiënte werking is een zorgvuldige dimensionering van de verwar-
mingsinstallatie resp. koelinstallatie en de warmtebron erg belangrijk. Daarbij moet in
de verwarmingsmodus de aandacht met name op een zo laag mogelijke watervertrek-
temperatuur worden gericht. Daarom dienen alle aangesloten warmteverbruikers voor
een lage vertrektemperatuur geschikt te zijn. Een 1 K hogere verwarmingswatertempe-
ratuur verhoogt het elektrische energieverbruik met ca. 2,5 %. Een lagetemperatuur-
verwarming met vertrektemperaturen tussen 30 °C en 50 °C is voor een energiebe-
sparend gebruik goed geschikt.
4