452237.69.11 · 10/2016 · Rei
Montage- en bedieningshandleiding
WWP S 35 IDR
7 Montage
12. De buitenvoeler (R1) wordt aan de klemmen X3/GND en regelaar N1-J2/U1 vast-
geklemd.
13. De warmwatervoeler (R3) is bijgevoegd bij de boiler en wordt aan de klemmen X3/
GND en regelaar N1-J2/ U3 vastgeklemd.
7RHYRHU
6LJQDDONDEHO
Alle leidingen moeten van achteren in het toestel ingebracht en met kabelbinders aan
de hiervoor voorziene snoerbevestigingsplaten in de schakelkast bevestigd worden.
7.5.3 Aansluiting van elektronisch geregelde circulatiepompen
Elektronisch geregelde circulatiepompen hebben hoge aanloopstromen die eventueel
de levensduur van de warmtepompmanager kunnen verkorten. Daarom moet tussen de
uitgang van de warmtepompmanager en de elektronisch geregelde circulatiepomp een
koppelrelais worden geïnstalleerd of is reeds geïnstalleerd. Dit is niet noodzakelijk als
de toegestane bedrijfsstroom van 2 A en een maximale aanloopstroom van 12 A van
de elektronisch geregelde circulatiepomp niet wordt overschreden, of er een uitdruk-
kelijke vrijgave van de producent van de pomp aanwezig is.
OPGELET
ACHTUNG
Het is niet toegestaan via een relaisuitgang meer dan een elektronisch geregelde
circulatiepomp te schakelen.
7RHYRHU
9RHGLQJVNDEHO
15