Display
Op het display worden schermen weergegeven voor kopiëren, scannen en andere functies, plus de schermen voor het
opgeven van instellingen voor deze functies. U kunt het display ook gebruiken om foutberichten en de
communicatiestatus van het apparaat te bekijken.
Hoofdscherm
Wanneer u drukt op
Hieronder ziet u bijvoorbeeld het hoofdscherm van de kopieerfunctie.
Basisbewerkingen voor kopiëren(P. 66)
Het apparaat als scanner gebruiken(P. 130)
Scherm <Papierinstellingen>
Als u op
(Papierinstelling) drukt om het papier te selecteren waarop u wilt kopiëren of afdrukken, wordt het
scherm <Papierinstellingen> weergegeven. Selecteer het papier op het scherm. U kunt deze toets ook
gebruiken om de papierinstellingen te wijzigen wanneer u papier laadt met een ander formaat dan het papier
dat u hiervoor hebt gebruikt. Het geladen papier wordt alleen juist ingevoerd als de papierinstellingen juist zijn.
De papierlade selecteren
Hiermee kunt u het papier voor elke lade selecteren.
<Veelgebruikte papierformaten selecteren>
U kunt het apparaat zodanig instellen dat alleen veelgebruikte papierformaten op het selectiescherm worden
weergegeven.
Scherm <Menu>
Wanneer u op
opgeven voor het apparaat, zoals <Voorkeuren> of <Tijdklokinstellingen>. Daarnaast kunt u het scherm
gebruiken om vele instellingen op te geven voor de verschillende functies, zoals kopiëren en scannen.
Basishandelingen
(COPY/SCAN) zal het hoofscherm voor de geselecteerde functie worden getoond.
drukt, wordt het scherm <Menu> weergegeven. Via dit scherm kunt u algemene instellingen
Het type en formaat papier opgeven(P. 54)
30
1883-00H