<
>
-
<
>
-
-
-
<
>
r
r
-
-
-
<
>
-
-
<
>
r
r
Met elke druk op de toets wisselt het display
tussen de mogelijke functies.
In het display verschijnt "Afspraak.
In het display verschijnt "Systeem.
In het display verschijnt "ISDN.
In het display verschijnt "MSN.
In het display verschijnt "MSN 1 en het MSN
indien dit is ingevoerd.
In het display verschijnt het MSN.
In het display verschijnt "MSN invoeren.
Het MSN wordt opgeslagen.
Met elke druk op de toets wisselt het display
tussen de mogelijke functies.
In het display verschijnt "Afspraak.
In het display verschijnt "Systeem.
In het display verschijnt "ISDN.
In het display verschijnt "MSN.
In het display verschijnt "uitgaande MSN.
In het display verschijnt de huidige instelling.
De instelling wordt opgeslagen.