13.
Gebruik de wikkelrichtingschakelaar op de opwikkelspoelmotor om de wikkelrichting te selecteren. Het
instellen van 1 draait het papier dusdanig zodat de afgedrukte afbeelding naar binnen wijst. Het instellen
van 2 draait het papier dusdanig zodat de afgedrukte afbeelding naar buiten wijst.
Het voorpaneel toont u de juiste instelling op basis van de draairichting die u in stap 7 heeft gekozen.
14.
Druk op de toets
weergegeven.
15.
De volgende afbeelding toont hoe de printer eruit ziet als hij in bedrijf is. Wanneer er papier vanaf de printer
wordt ingevoerd, valt dit in een lus en gaat dan omhoog in de opwikkelspoel.
OPMERKING:
worden geblokkeerd.
OPMERKING:
OPMERKING:
verwijderen vanaf de voet van de printerstandaard. Plaats de sensor en kabelbehuizing op de dwarsbalk van de
printerstandaard en gebruik de blauwe plastic schroef om de behuizing aan de standaardpoot te bevestigen
zoals is weergegeven, terwijl de printer wordt verplaatst. Bij het opnieuw installeren van de behuizing, moet u
ervoor zorgen dat het wiel op de voet van de printersteun naar voren wijst.
NLWW
OK
op het voorpaneel. Het bericht de opwikkelspoel is correct geïnstalleerd wordt
Als de opwikkelspoel actief is, moet u ervoor zorgen dat de sensoren van de opwikkelspoel niet
De automatische papiersnijder is uitgeschakeld wanneer de opwikkelspoel in gebruik is.
Als u de printer wilt verplaatsen, moet u eerst de opwikkelspoelsensor en kabelbehuizing
Gebruik de opwikkelspoel
39