162
2 Toets de naam of een of meer beginletters van de naam in van de persoon
die u wilt bellen.
3 Druk op OK. De naam die het meest overeenkomt met de opgegeven naam,
wordt weergegeven.
4 Als de gevonden naam niet de gewenste naam is, bladert u met de toets
of
door de namen totdat u de juiste naam hebt gevonden.
5 U belt de persoon door op
telefoonnummers heeft, gaat u met het selectiekader naar het gewenste
telefoonnummer en drukt u op
Telefoonnummer weergeven dat bij de naam is opgeslagen
1 Als de gewenste naam wordt weergegeven, drukt u op Detail waarna het
telefoonnummer wordt weergegeven. Als de persoon meerdere
telefoonnummers heeft, bladert u met
het gewenste nummer hebt gevonden.
2 U belt het nummer door op
Snelkiezen
Met de snelkiestoetsen kunt u snel en makkelijk veelgebruikte
telefoonnummers kiezen. U kunt maximaal acht snelkiesnummers opgeven.
Zie "Relatiekaarten maken" op pagina 53 voor informatie over het instellen
van snelkiesnummers.
1 Toets het nummer in van de snelkiespositie waarop het telefoonnummer is
opgeslagen.
2 Druk op
weergegeven op het scherm en gekozen.
Snelkiezen is niet mogelijk tijdens een telefoongesprek.
Het laatste nummer opnieuw bellen
De communicator slaat de telefoonnummers op die u hebt gebeld.
1 Als er tekens op het scherm staan, wist u deze door op
2 Druk op
3 U kunt met
nummer wordt weergegeven.
1999 Nokia Mobile Phones. All Rights Reserved.
. Het nummer wordt opgehaald uit het geheugen, kort
Opmerking: nummer 1 is de
snelkieslocatie van uw voicemailbox.
U belt uw voicemailbox door op 1 en
vervolgens op
op 1 te drukken en ingedrukt te houden.
. Het laatst gekozen nummer verschijnt op het scherm.
of
door de nummers bladeren totdat het gewenste
te drukken. Als de persoon meerdere
.
of
door de nummers totdat u
te drukken.
te drukken, of door
te drukken.